Книга - Gezworen

a
A

Gezworen
Morgan Rice


De Vampierverslagen #7
In GEZWOREN (Boek #7 van de Vampierverslagen), bevinden Caitlin en Caleb zich in 1350 in het middeleeuwse Schotland, een tijd van ridders en schitterende wapenuitrustingen, van kastelen en krijgers, van de zoektocht naar de Heilige Graal waarvan gezegd wordt dat hij de sleutel bevat naar de echte onsterfelijkheid van de vampiers. Terwijl ze landen op de kust van het oude Eiland Skye, een afgelegen eiland aan de westkust van Schotland waar alleen de bovenste laag van de elite van de krijgers woont en traint, zijn ze door het dolle heen om Sam en Polly, Scarlet en Ruth, een mensenkoning en zijn krijgers en iedereen van de coven van Aiden terug te zien. Voor ze hun missie kunnen verderzetten naar de vierde en laatste sleutel, is voor Caleb en Caitlin de tijd gekomen om in het huwelijk te treden. In het meest fantastische kader dat Caitlin zich ooit kon wensen, wordt een uitgebreide vampierbruiloft gepland met daarbij inbegrepen, alle oude rituelen en ceremonies die erbij horen. Het is een huwelijk dat eens in een leven plaatsvindt en dat tot in de puntjes gepland werd door Polly en de anderen. Caitlin en Caleb zijn gelukkiger dan ze ooit geweest zijn. Tegelijkertijd worden Sam en Polly, tot hun eigen verrassing, steeds verliefder op elkaar. Terwijl hun relatie steeds verder groeit, verrast Sam Polly met een eigen eed. Polly verrast hem met haar eigen verrassende nieuws. Maar alles gaat niet zo goed als oppervlakkig gezien wel lijkt. Blake is opnieuw terug en zijn diepe liefde voor Caitlin kan, op de dag voor haar trouwdag, misschien wel haar verbintenis in gevaar brengen. Sera is ook terug en zweert dat ze zal kapotmaken wat ze zelf niet kan hebben. Scarlet is ook in gevaar wanneer de bron van haar sterke krachten onthuld wordt – samen met de onthulling van wie haar echte ouders zijn. Het ergst van al is dat Kyle ook terug in de tijd beland is en dat hij zijn oude beschermeling, Rynd, teruggevonden heeft en hem zal dwingen om zijn vaardigheid, de gedaanteverwisseling, te gebruiken om Caitlin en haar volk in de val te lokken en te doden. Wanneer ze in zijn goed uitgewerkte val trappen, verkeren Caitlin en de anderen zich in nog groter gevaar dan ooit. Het wordt een hele race om de laatste sleutel te vinden, vooraleer iedereen waarvan Caitlin houdt voor altijd uitgeroeid is. Deze keer zal ze de moeilijkste keuzes en opofferingen van haar leven moeten maken.







gezworen



(boek #7 van De Vampierverslagen)



morgan rice


Over Morgan Rice



Morgan Rice is de #1 bestverkopende en USA Today bestverkopende auteur van de epische fantasy serie DE TOVENAARSRING, die uit zeventien boeken bestaat; de #1 bestverkopende serie DE VAMPIER DAGBOEKEN, bestaande uit elf boeken; de #1 bestverkopende serie DE SURVIVAL TRILOGIE, een post-apocalyptische thriller bestaande uit twee boeken; en de nieuwe epische fantasy serie KONINGEN EN TOVERNAARS, bestaande uit drie boeken. Morgans boeken zijn verkrijgbaar in audio en print edities, en vertalingen zijn verkrijgbaar in meer dan 25 talen.

Morgan hoort graag van je, dus breng gerust een bezoekje aan www.morganricebooks.com (http://www.morganricebooks.com) om je in te schrijven voor de nieuwsbrief, een gratis boek te ontvangen, gratis giveaways te ontvangen, de gratis app de downloaden, op de hoogte te blijven van het laatste nieuws, en via Facebook en Twitter in contact te blijven!


Lof voor de DE VAMPIER VERSLAGEN



“Een boek dat zich kan meten met TWILIGHT en VAMPIRE DIARIES, en dat ervoor zorgt dat je het in een ruk uit wilt lezen. Als je van avontuur, liefde en vampiers houdt, is dit een boek voor jou!”

--vampirebooksite.com {over Veranderd}



“Rice trekt je meteen in het verhaal en laat je niet meer los, omdat de kwaliteit van haar beschrijvingen die van een eenvoudige beschrijving van de scènes overschrijden… Goed geschreven en leest razendsnel weg.”

--Black Lagoon Reviews (over Veranderd)



“Een ideaal verhaal voor jonge lezers. Morgan Rice geeft er een erg interessante draai aan… Verfrissend en uniek. De serie draait om een meisje… een buitengewoon meisje! Makkelijk te lezen, maar met een extreem hoog tempo. Ouderlijk toezicht geadviseerd”

--The Romance Reviews (over Veranderd)



“Greep mijn aandacht vanaf het begin en liet die niet meer los… Dit verhaal is een geweldig avontuur met een hoog tempo en vol actie, meteen vanaf het begin. Je zult geen enkel saai moment tegenkomen.”

--Paranormal Romance Guild (over Veranderd)



“Boordevol actie, romantiek, avontuur en spanning. Zorg dat je dit boek in handen krijgt en word steeds weer opnieuw verliefd.”

--vampirebooksite.com (over Veranderd)



“Een geweldige verhaallijn, en dit is écht het type boek dat je ‘s avonds maar moeilijk neer kunt leggen. Het einde was een cliffhanger die zó spectaculair is dat je meteen het volgende boek wilt lezen, zodat je erachter komt hoe het verdergaat.”

--The Dallas Examiner (over Geliefd)



“Morgan Rice bewijst opnieuw dat ze een extreem getalenteerde verhalenvertelster is… Dit boek spreekt een breed publiek aan, waaronder jongere fans van het vampiers /fantasy genre. Het eindigt met een onverwachte cliffhanger waar je versteld van zult staan.”

--The Romance Reviews (over Geliefd)


KRONEN EN GLORIE

SLAAF, KRIJGER, KONINGIN (Boek #1)



KONINGEN EN TOVENAARS

DE OPKOMST VAN DE DRAKEN (Boek #1)

DE OPKOMST VAN DE HELDHAFTIGE (Boek #2)

DE ZWAARTE VAN EER (Boek #3)

EEN SMIDSVUUR VAN MOED (Boek #4)

EEN RIJK VAN SCHADUWEN (Boek#5)

NACHT VAN DE DAPPEREN (Boek #6)

DE TOVENAARSRING

EEN ZOEKTOCHT VAN HELDEN (Boek #1)

EEN MARS VAN KONINGEN (Boek #2)

EEN LOT VAN DRAKEN (Boek #3)

EEN SCHREEUW VAN EER (Boek #4)

EEN GELOFTE VAN GLORIE (Boek #5)

EEN AANVAL VAN MOED (Boek #6)

EEN RITE VAN ZWAARDEN (Boek #7)

EEN GIFT VAN WAPENS (Boek #8)

EEN HEMEL VAN SPREUKEN (Boek #9)

EEN ZEE VAN SCHILDEN (Boek #10)

EEN BEWIND VAN STAAL (Boek #11)

EEN LAND VAN VUUR (Boek #12)

EEN HEERSCHAPPIJ VAN KONINGINNEN (Boek #13)

EEN EED VAN BROEDERS (Boek #14)

EEN DROOM VAN STERVELINGEN (Boek #15)

EEN STEEKSPEL VAN RIDDERS (Boek #16)

HET GESCHENK VAN DE STRIJD (Boek #17)



DE SURVIVAL TRILOGIE

ARENA EEN: SLAVERUNNERS (Boek #1)

ARENA TWEE (Boek #2)

ARENA DRIE (Boek #3)



VAMPIER, GEVALLEN

VOOR ZONSOPKOMST (Boek #1)



DE VAMPIER DAGBOEKEN

VERANDERD (Boek #1)

GELIEFD (Boek #2)

VERRADEN (Boek #3)

VOORBESTEMD (Boek #4)

VERLANGD (Boek #5)

VERLOOFD (Boek #6)

BELOOFD (Boek #7)

GEVONDEN (Boek #8)

HERREZEN (Boek #9)

BEGEERT (Boek #10)

VERDOEMD (Boek #11)

GEOBSEDEERD (Boek#12)













Luister naar DE VAMPIERVERSLAGEN in audio boek formaat!


Copyright © 2012 by Morgan Rice



Alle rechten voorbehouden. Behalve zoals toegestaan in de V.S. onder de Copyright Act uit 1976 in de VS, mag er geen enkel deel van deze publicatie worden gereproduceerd, verspreid of uitgezonden worden in welke vorm en door welk middel dan ook, of opgeslagen in een database of terugzoeksysteem, zonder voorafgaandelijke toestemming vooraf van de auteur.



Dit e-book is uitsluitend bestemd voor uw persoonlijke gebruik. Dit e-book mag niet worden doorverkocht of weggegeven aan andere mensen. Als u dit boek met een andere persoon wilt delen, koop dan alstublieft een ander exemplaar voor elke ontvanger. Als u dit boek leest, en het niet gekocht heeft, of het niet uitsluitend voor uw eigen gebruik is aangeschaft, stuur het dan alstublieft terug en koop uw eigen exemplaar. Bedankt voor het respect voor het harde werk van deze auteur.



Dit werk is fictie. Namen, karakters, bedrijven, organisaties, plaatsen, gebeurtenissen en incidenten zijn óf het product van de geest van de auteur óf worden gebruikt in een fictionele context. Elke gelijkenis op echte personen, levend of dood, is volledig toevallig.



Cover model Jennifer Onvie. Cover fotografie Adam Luke Studios, New York. Cover make-up artiest: Ruthie Weems. Indien je een van die kunstenaars wil contacteren, neem dat contact op met Morgan Rice.


INHOUDSTAFEL



HOOFDSTUK EEN (#u56dd4d22-4c5f-540a-a348-8e543c899014)

HOOFDSTUK TWEE (#u54f4cc20-ba63-56fb-81a6-279e124c1dc9)

HOOFDSTUK DRIE (#u8799d531-980a-5747-83e6-06674fe98996)

HOOFDSTUK VIER (#u975a8b7c-ada2-5c4a-90f9-90e8efa351fd)

HOOFDSTUK VIJF (#ub682ff1b-e26d-5889-8120-ca3ee330ab48)

HOOFDSTUK ZES (#u5270d5e5-a383-5edb-a0fd-d41f9a7228ad)

HOOFDSTUK ZEVEN (#uff3149ee-a87e-5619-8346-5918069b066e)

HOOFDSTUK ACHT (#u182e893b-c714-5c76-9fb4-d629c276b459)

HOOFDSTUK NEGEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK TIEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK ELF (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK TWAALF (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK DERTIEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK VEERTIEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK VIJFTIEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK ZESTIEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK ZEVENTIEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK ACHTTIEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK NEGENTIEN (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK TWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK EENENTWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK EENENTWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK DRIEENTWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK VIERENTWINTIG. (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK VIJFENTWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK ZESENTWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK ZEVENENTWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK ACHTENTWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK NEGENENTWINTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK DERTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK EENENDERTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK TWEEENDERTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK DRIEENDERTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK VIERENDERTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDSTUK VIJVENDERTIG (#litres_trial_promo)

HOOFDTUK ZESENDERTIG (#litres_trial_promo)


FEIT:

Het afgelegen Isle of Skye (Nordic voor “het eiland van mist”) gelegen aan de Westkust van Schotland, is een antieke plaats waar koningen hebben geleefd en gevochten, waar er nog steeds kastelen bestaan en waar de allerbeste elite krijgers eeuwenlang hebben geoefend.



FEIT:

Op het Isle of Skye is er een plaats, Faerie Glen, waarvan wordt beweerd dat als je er een wenst doet, hij zal uitkomen.



FEIT:

Rosslyn Chapel, gelegen in een kleine stad in Schotland, is volgens hardnekkige geruchten de laatste rustplaats van de Heilige Graal, die zou verborgen zijn achter een verscholen muur op de onderste niveaus van de crypte.


JULIA: Wat wil je dan? Wat laat je onvoldaan?



ROMEO: Jouw woord van trouw in ruil voor dat van mij



JULIA: Ik gaf het mijne voor je er om vroeg,

Maar had ik dat toch maar nog niet gedaan...

Mijn geven kent geen einde, als de zee,

Mijn liefde is even diep; hoe meer ik je geef,

Hoe meer ik over heb: 't is eindeloos.



--William Shakespeare, Romeo en Julia (Vertaling Jan Jonk)




HOOFDSTUK EEN


De Schotse Hooglanden

(1350)



Caitlin ontwaakte onder een bloedrode zon. Ze vulde de volledige hemel, een onmogelijk grote bal aan de horizon. Ze zag het silhuet van een man waarvan ze voelde dat het alleen haar vader kon zijn. Hij strekte zijn beide armen uit alsof hij wou dat ze naar hem toerende.

Ze wou het zo wanhopig graag. Maar terwijl ze probeerde rechtop te zitten, keek ze neer en zag ze dat ze aan een rots was gekluisterd met ijzers die haar polsen en voeten in plaats hielden. In een hand hield ze drie sleutels, de sleutels waarvan ze wist dat ze die nodig had om haar vader te bereiken, en in de andere, haar halsketting, waarvan het zilveren kruisje in haar handpalm bungelde. Ze vocht zo hard ze kon maar toch kon ze niet bewegen.

Caitlin knipperde met haar ogen en plots stond haar vader boven haar en glimlachte op haar neer. Ze kon voelen hoe de liefde van hem afstraalde. Hij knielde en ontsloot langzaam haar kluisters.

Caitlin leunde voorwaarts en omhelsde hem en ze kon zijn warmte, zijn geruststelling voelen. Het voelde zo fijn om in zijn armen te zijn; ze voelde haar tranen stromen op haar wangen.

“Het spijt me, vader. Ik heb je teleurgesteld.”

Hij leunde achterover en glimlachte naar haar terwijl hij in haar rechtstreeks in de ogen keek.

“Je hebt alles gedaan waarop ik hoopte, en meer,” antwoordde hij. “Nog een laatste sleutel en we zullen samen zijn. Voor altijd.”

Caitlin knipperde met haar ogen en wanneer ze die terug opende, was hij weg.

In zijn plaats waren er twee figuren, bewegingsloos liggend op een rotsachtig plateau. Caleb en Scarlet.

Plots herinnerde Caitlin het zich. Hun ziekte.

Ze probeerde hen van de rots weg te verplaatsen maar ze was nog steeds geketend en, hoewel ze vocht wat ze kon, waren ze onbereikbaar. Ze knipperde opnieuw met haar ogen en plots stond Scarlet over haar, neerkijkend.

“Mama?”, vroeg ze.

Scarlet glimlachte naar haar en Caitlin kon voelen hoe haar liefde haar ommantelde. Ze wilde haar omhelzen en ze vocht met alles wat ze in haar had, maar ze kon zich niet vrijmaken.

“Mama?” Scarlet vroeg het opnieuw terwijl ze een enkele, kleine hand uitstrekte.

Caitlin zat onmiddellijk kaarsrecht.

Diep ademend hield ze haar handen langs haar zijde en probeerde ze uit te vissen of ze nog steeds geketend, dan wel vrij was. Ze kon vrij haar handen en voeten bewegen en wanneer ze rond keek zag geen spoor meer van ketens. Ze keek op en zag een enorme rode zon aan de horizon. Daarna keek ze rond en zag dat ze op een rotsachtig plateau lag. Net zoals in haar droom.

De dageraad brak aan boven de horizon. Zo ver als ze kon zien waren er in mist gehulde bergpieken, eindeloos mooi afstekend tegen de open hemel. Ze tuurde in het gedempte licht van de dageraad, in een poging om haar omgeving te herkennen en wanneer ze daarin slaagde, sprong haar hart op. Daar, in de verte, lagen er twee beweginsloze figuren. Ze kon al voelen wie het waren: Caleb en Scarlet.

Caitlin sprong recht en rende naar hen toe. Ze knielde tussen hen in en legde een hand op hun borst en schudde ze lichtjes heen en weer. Haar hart klopte van angst terwijl ze zich de gebeurtenissen van hun vorige incarnatie probeerde te herinneren. Gruwelijk beeld na beeld flitste door haar geest terwijl ze zich herinnerde hoe ziek ze waren geweest, Scarlet bedekt met builen van de pokken en Caleb stervend van vampiergif. De laatste keer dat ze hen had gezien leek het zeker dat ze zouden sterven.

Caitlin voelde aan de twee kleine littekens in haar eigen nek. Ze herinnerde zich dat laatste, fatale moment wanneer Caleb zich aan haar had gevoed. Had het gewerkt? Had het hem teruggebracht?

Caitlin schudde elk van hen verwoed heen en weer.

“Caleb!” riep ze. “Scarlet!”

Caitlin voelde haar tranen opwellen terwijl ze er niet probeerde aan te denken hoe het leven zonder hen er zou uit zien. Ze kon het zich onmogelijk voorstellen. Indien ze niet bij haar konden zijn, wilde ze liever niet verder gaan.

Opeens bewoog Scarlet. Caitlins hart vulde zich met hoop toen ze zag hoe ze bewoog en dan langzaamaan omhoog reikte en in haar ogen wreef. Ze keek op naar Caitlin met haar kleine, stralend blauwe ogen en Caitlin kon zien dat haar huid volledig was genezen.

Op Scarlet's gezicht opende zich een brede glimlach en Caitlins hart sprong op.

“Mama!” zei Scarlet. “Waar was je?”

Caitlin barstte in tranen van blijdschap terwijl ze naar beneden reikte en Scarlet naar haar toe trok. Over haar schouder zei ze, ”Ik ben hier, liefje.”

“Ik droomde dat ik je niet kon vinden”, zei ze. “En dat ik ziek was.”

Caitlin slaakte een zucht van verlichting toen ze voelde dat Scarlet volledig genezen was.

“Het was slechts een kwade droom,” zei Caitlin. “Je bent nu genezen. Alles komt in orde.”

Plots hoorde ze geblaf en Caitlin draaide zich net op tijd om Ruth om de hoek recht naar hen toe te zien stormen. Ze was overgelukkig om te zien dat ze er ook in geslaagd was terug te komen en ze was verbaasd hoe groot Ruth, nu een volgroeide wolf, was geworden. Toch gedroeg zich nog als een puppy, haar staart waggelend terwijl ze in Scarlet's armen sprong.

“Ruth!” schreeuwde Scarlet en ze rukte zich los van Caitlin om haar te knuffelen.

Ruth kon haar opwinding nauwelijks bedwingen en ze viel haar zo krachtig aan dat ze Scarlet omverduwde.

Scarlet sprong terug op, schreeuwend van het lachen en van de opwinding.

“Wat is al die beroering?” klonk een stem.

Caleb.

Caitlin draaidezich om, trillend bij het geluid van Caleb's stem. Hij stond glimlachend over haar gebogen. Ze kon het niet geloven. Hij zag er zo jong en gezond uit, beter dan ze hem ooit gezien had.

Ze sprong op en gaf hem een knuffel, zo dankbaar dat hij leefde. Ze voelde zijn sterke spieren wanneer hij haar ook omhelsde en het voelde zo fijn om weer in zijn armen te zijn. Eindelijk was alles juist in de wereld. Het was als een lange, boze droom geweest.

“Ik was zo bang dat je dood was,” zei Caitlin over zijn schouder.

Ze leunde achterover en keek naar hem.

“Weet je het nog?”, vroeg ze. “Weet je nog hoe je ziek was?”

Er kwan en frons op zijn voorhoofd.

“Vaag”, antwoordde hij. “Het lijkt allemaal wel een droom. Ik herinner me dat ik Jade zag. En dat ik mij aan jou voedde.” Plots keek Caleb haar met wijd open ogen aan. “Je hebt mij gered”, zei hij, verbijsterd.

Hij leunde naar haar toe en omhelsde haar.

“Ik hou van je”, fluisterde ze in zijn oor, terwijl hij haar vasthield.

“Ik hou ook van je”, antwoordde hij.

“Papa!”

Caleb tilde Scarlet op in een enorme omhelzing. Daarna reikte hij naar beneden en aaide Ruth, terwijl Caitlin dit ook deed.

Ruth kon niet gelukkiger zijn dan met al die aandacht en probeerde hen springend en jankend terug te knuffelen.

Na een tijdje nam Caleb Caitlins hand en samen draaiden ze zich om en keken ze naar de horizon. Een zacht morgenlicht vulde de eindeloze hemel voor hen, bergpieken doorboorden de hemel en een rozig licht boorde zich door de mist. De pieken strekten zich eindeloos uit en ze kon zien dat ze duizenden meters hoog waren. Ze vroeg zich af waar op de wereld ze zich bevonden.

“Ik vroeg me net hetzelfde af”, zei Caleb, haar gedachten lezend.

Ze onderzochten de horizon, turend in elke richting.

“Herken je het?”, vroeg Caitlin.

Hij schudde traagjes zijn hoofd.

“Wel, het lijkt erop dat we slechts twee opties hebben,” ging ze verder. “Omhoog of omlaag. We bevinden ons reeds zo hoog dat ik omhoog zou kiezen. Laat ons eens kijken wat we van de top kunnen zien.”

Caleb knikte goedkeurend. Caitlin reikte naar Scarlet's hand en ze begonnen alle drie langs de helling omhoog te klimmen.

Het was koud hierboven en Caitlin was nauwelijks gekleed voor dit weer. Ze droeg nog steeds haar zwartlederen laarzen, haar spannende zwarte broek en een nauwsluitend, zwart hemd met lange mouwen, daterend van haar sparring tijd in Engeland. Maar het was niet warm genoeg om haar te beschutten tegen deze koude bergwinden.

Ze maakten haast en klommen langs de helling omhoog terwijl ze zich vastpakten aan de rotsblokken om zich naar omhoog te trekken.

Terwijl de zon hoger in de hemel klom en net wanneer ze zich afvroeg of ze de juiste beslissing hadden genomen, bereikten ze eindelijk de hoogste top.

Buiten adem hielden ze halt en, eindelijk in staat om over de bergrug te kijken, onderzochten ze hun omgeving.

Het uitzicht benam Caitlin de adem. Daar, voor hen, strekte zich de andere kant van de bergrug uit zo ver het oog reikte. En daarachter een oceaan. Verweg in de oceaan kon ze een bergachtig, rotsachtig eiland dat bedekt was met groen, zien. Het was een oeroud eiland, uitstekend uit de oceaan, schilderachtiger dan alles wat ze ooit gezien had. Het leek een plek voor sprookjes, vooral in het vroege ochtendlicht, bedekt met een griezelige mist en met een oranje en purperen gloed.

Het enige wat het eiland met het vasteland verbond wa, een eindeloze touwbrug die vervaarlijk zwaaide in de wind en wel honderden jaren oud leek, was zelfs nog dramatischer. Onder de brug bevond zich de oceaan, honderden meters diep.

“Ja,” zei Caleb. “Dit is het. Dit eiland lijkt mij vertrouwd.” Hij bekeek het met ontzag.

“Waar zijn we?” vroeg Caitlin.

Hij keek eerbiedig naar het uitzicht, draaide zich dan om en keek haar aan met opwinding in zijn ogen.

“Skye”, zei hij tot haar. “Het legendarische Isle of Skye. Sinds duizenden jaren een thuis voor krijgers en voor onze soort. Dan zijn we in Schotland”, zei hij, ”dicht bij de toegang tot Skye. Het is duidelijk dat we geacht worden daar te gaan. Het is een heilige plaats.”

“Laat ons er heen vliegen”, zei Caitlin terwijl ze voelde dat haar vleugels reeds actief waren.

Caleb schudde zijn hoofd.

“Skye is een van de enige plaatsen op aarde waar dat niet mogelijk is. Met alle zekerheid zullen vampierkrijgers het bewaken, en wat belangrijker is, een energieschild zal het beschermen voor een directe overvlucht. Het water creëert een fysieke barrière rond deze plaats. Geen enkele vampier kan er binnenkomen zonder uitnodiging.” Hij keerde zich om en keek naar haar. “We moeten er naartoe op de moeilijke manier: door de touwbrug over te steken.”

Caitlin staarde naar de brug die zwaaide in de wind.

“Maar die brug is verraderlijk”, zei ze.

Caleb zuchtte.

“Skye is anders dan elke andere plaats. Alleen zij die het verdienen mogen er binnenkomen. De meeste mensen die proberen om het te benaderen, ontmoeten hun dood op een of andere manier.”

Caleb keek naar haar.

“We kunnen ook terugkeren.”, bood hij aan.

Caitlin overdacht wat hij zei en schudde dan haar hoofd.

“Neen.” antwoordde ze vastberaden. “We werden hier gedropt met een reden. “Laten we het er heen gaan.”




HOOFDSTUK TWEE


Sam ontwaakte met een schok. Zijn wereld tolde en schokte krachtig heen en weer en hij kon niet begrijpen waar hij was of wat er gebeurde. Hij besefte dat hij gedrongen in een onconfortabele positie op zijn rug lag op wat voelde als een plank,. Hij keek recht omhoog naar de hemel en hij zag de wolken willekeurig bewegen.

Sam reikte naar een stuk hout, pakte het vast en trok hemzelf op. Hij zat daar, met de ogen kipperend en terwijl zijn wereld nog steeds draaide, probeerde hoogte te krijgen van zijn omgeving. Hij kon het niet geloven. Hij was op een boot, een kleine houten roeiboot, liggend op de bodem, in het midden van de oceaan.

Hij schommelde heftig heen en weer op de ruwe zee en werd opgelicht en terug neergegooid door de golven. Hij kraakte en kreunde en bewoog op en neer, hobbelend en schommelend van links naar rechts. Sam zag het schuim van de golven neerslaan rondom hem en voelde de koude, zilte wind in zijn haar en het water op zijn gezicht. Het was vroeg in de ochtend en een mooie zonsopgang met een hemel die openbrak in een myriade van kleuren. Hij vroeg zich af hoe hij in hemelsnaam daar verzeild was geraakt.

Sam draaide zich om en onderzocht de boot en terwijl hij dit deed, ontdekte hij aan de overzijde in het zachte ochtendlicht een met een shjaal bedekte figuur die opgekruld op de bodem lag. Hij vroeg zich af met wie hij opgescheept was op deze kleine boot in het midden van nergens. En dan voelde hij het. Het ging door hem als een elektrische schok. Hij hoefde haar gezicht niet te zien.

Polly.

Elke bot in Sam's lichaam vertelde het hem. Hij was verrast hoe stellig hij het wist, hoe verbonden hij was met haar, hoe diep zijn gevoelens voor haar waren. Het was bijna alsof ze een waren. Hij begreep niet hoe het zo snel kon gebeuren.

Terwijl hij haar daar levenloos zag liggenliggend, voelde hij een plots gevoel van angst opkomen. Hij kon niet zeggen of ze nog leefde of niet en op dat moment realiseerde hij zich hoe kapot hij zou zijn als ze er niet meer was. Dit was het moment dat hij zich eindelijk realiseerde dat hij onmiskenbaar van haar hield.

Sam sprong recht en struikelende in het kleine bootje dat door een golf werd omhoog gegooid, maar uiteindelijk slaagde hij erin om een paar stappen te nemen en naast haar te knielen. Hij trok voorzichtig de sjaal weg en schudde haar bij de schouders. Ze reageerde niet en hij wachtte met een bang kloppend hart.

“Polly?” vroeg hij.

Geen antwoord.

“Polly”, zei hij, met aandrang. “Wakker worden. Ik ben het, Sam.”

Maar ze gaf geen krimp en wanneer Sam de naakte huid van haar schouder streelde, voelde deze te koud aan voor hem. Zijn hart stopte. Was het mogelijk?

Sam bukte zich en hield haar gezicht in zijn handen. Ze was zo mooi als hij het zich herinnerde. Haar huid een zeer bleke teint van doorschijnend wit, haar haren licht bruin en haar perfect gebeitelde trekken verfijnd in de glans van het vroege ochtendlicht. Hij zag haar perfecte volle lippen, haar kleine neus, haar grote ogen, haar lange, bruine haren. Hij herinnerde zich dat haar ogen blauw waren, een ongelooflijk kristalhelder blauw, zoals de oceaan. Hij verlangde ernaar om ze nu opnieuw open te zien. Hij zoudaarvoor alles aan doen. Hij verlangde ernaar om haar te zien glimlachen, om haar stem, haar lach te horen. In het verleden had het hem soms geërgerd wanneer ze teveel praatte. Maar nu zou hij alles geven om haar voor altijd te horen praten.

Maar haar huid voelde te koud in zijn handen. IJskoud. En hij begon te wanhopen dat ze haar ogen nooit meer zou openen.

“Polly!” schreeuwde hij, en hij kon de wanhoop horen in zijn eigen stem wanneer die naar de hemel rees en zich mengde met het gekrijs van een vogel boven zijn hoofd.

Sam begon radeloos te worden. Hij had geen idee wat hij moest doen. Hij schudde haar harder en harder maar ze reageerde niet. Hij dacht terug aan de tijd en de plaats waar hij haar het laatst had gezien. Sergei's paleis. Hij herinnerde zich hoe hij haar bevrijdde. Ze waren teruggegaan naar Aiden's kasteel en hadden Caitlin, Caleb en Scarlet levenloos liggend op dat bed gevonden. Aiden vertelde dat ze zonder hen terug gegaan waren in de tijd. Hij had Aiden gevraagd om hen ook terug te zenden. Aiden had zijn hoofd geschud en had gezegd dat het niet zo voorzien was. Het lot zou daardoor worden verstoord. Maar Sam had aangedrongen.

Uitedindelijk had Aiden het ritueel toch uitgevoerd.

Was ze gestorven op de weg terug?

Sam keek naar Polly en schudde haar opnieuw. Nog steeds niets.

Tenslotte trok Sam Polly dicht tegen zich aan. Hij veegde haar lange mooie haren uit haar gezicht, plaatste zijn hand in haar nek en bracht haar gezicht dichter bij het zijne. Hij leunde naar haar toe en kuste haar.

Het was een lange, volle kus, vol op haar lippen en Sam realiseerde zich op dat moment dat het pas de tweede keer was dat hij haar kuste. Haar lippen voelden zo zacht, zo perfect tegen de zijne. Maar ook te koud, te levenloos. Terwijl hij haar kuste probeerde hij zich te concentreren op het zenden van zijn liefde naar haar om haar terug tot leven te brengen. In zijn geest probeerde hij haar een klare boodschap te zenden. Ik zou alles doen. Ik zou om het even welke prijs betalen. Ik zou alles doen om je terug te krijgen. Kom alleen terug naar mij.

“IK ZOU ELKE PRIJS BETALEN!” schreeuwde Sam naar de golven.

Zijn schreeuw steeg naar de hemel en werd teruggekaatst door een zwerm vogels die overvloog. Sam voelde een koude rilling door zijn lichaam gaan en wist dat hij op dat moment door het universum werd verhoord. Hij voelde met elke vezel van zijn lichaam dat Polly inderdaad zou terugkomen, alhoewel het niet was voorbestemd. Dat het toch gebeurde, had een groter plan in het universum verstoord en hij zou er inderdaad de prijs voor betalen.

Plots zag Sam hoe Polly haar ogen langzaam opende. Ze waren zo blauw en zo mooi als hij zich had herinnerd en ze keken hem recht aan. Een ogenblik bleven ze uitdrukkingsloos maar dan werden ze gevuld met een blik van herkenning. En dan gebeurde het meest wonderbaarlijke dat hij ooit had meegemaakt en vormde zich een kleine glimlach op haar lippen.

“Probeer je misbruik te maken van een meisje terwijl ze slaapt?” vroeg Polly met haar kenmerkende, joviale stem.

Sam begon hulpeloos te grijnzen. Polly was terug. Niets anders deed ertoe. Hij probeerde het onheilspellende gevoel van zich af te schudden dat hij het lot had getart en dat hij daarvoor de prijs zou betalen.

Polly zat rechtop, terug haar lichtvoetige, gelukkige zelf. Ze leek zich te schamen omdat hij haar zo kwetsbaar had betrapt in zijn armen en ze probeerde zich stoer en onafhankelijk voor te doen. Ze nam haar omgeving in haar op en klampte zich vast aan de zijkant van de boot wanneer een golf hem eerst omhoog en daarna omlaag slingerde.

“Dit is niet echt een romantisch boottochtje,” zei ze een beetje bleekjes toen ze probeerde haarzelf recht te houden in de schommelende zee. “Waar zijn we eigenlijk? En wat is dat daar aan de horizon?”

Sam draaide zich om en keek in de richting waar ze naar wees. Hij had het daarvoor nog niet gezien. Daar, een paar honderd meter verder, sprong een rotsachtig eiland met hoge meedogenloze kliffen recht uit de zee omhoog. Het leek oeroud en onbewoond en het terrein was rotsachtig en desolaat.

Hij draaide zich om en onderzocht de horizon in elke richting. Het leek het enige eiland binnen een straal van duizenden kilometers.

“Het lijkt of we er recht op afstevenen,” zei hij.

“Ik hoop het van harte,” zei Polly. “Ik ben echt misselijk op deze boot.”

Plots leunde Polly over de reling en gaf over, opnieuw en opnieuw.

Sam kwam naar haar toe en plaatste een geruststellende hand op haar rug. Polly stond uiteindelijk recht en veegde gegeneerd haar mond af met de achterkant van haar mouw.

“Sorry,” zei ze. “Deze golven zijn onverbiddelijk.” Ze keek een beetje schuldig op naar hem. “Dit moet niet echt aantrekkelijk zijn.”

Maar Sam dacht dit helemaal niet. In tegendeel, hij realiseerde zich dat hij sterkere gevoelens had voor Polly dan hij ooit had gedacht.

“Waarom kijk je zo naar mij?” vroeg Polly. “Was het zo weerzinwekkend?”

Sam keek vlug de andere kant uit omdat hij zich realiseerde dat hij naar haar staarde.

“Dat is helemaal niet wat ik dacht,” zei hij blozend.

Maar ze werden beiden onderbroken. Op het eiland verschenen plotseling enkele krijgers op de top van een klif. De ene na de andere kwam tevoorschijn en de horizon was spoedig met hen gevuld.

Sam zocht naar de wapens die hij had meegebracht. Maar hij was teleurgesteld om vast te stellen dat hij er geen enkel had meegebracht.

De horizon verduisterde met meer en meer vampierkrijgers en Sam kon zien dat de stroming hen rechtstreeks naar hen bracht. Ze dreven recht in de val en er was niets dat ze konden doen om het te stoppen.

“Kijk daar,” zei Polly. “Ze komen ons begroeten.”

Sam bestudeerde hen aandachtig en kwam tot een heel andere conclusie.

“Neen,” zei hij. “Ze komen ons uittesten.”




HOOFDSTUK DRIE


Caitlin stond met Caleb naast haar en Scarlet en Ruth achter haar voor de touwbrug die naar Skye leidde. Ze keek hoe het verzakte touw heftig heen en weer bewoog en hoorde hoe de wind floot tussen de rotsen terwijl de golven honderden meter dieper tegen de kliffen sloegen. De brug was nat en glad. Uitglijden betekende een gewisse dood voor Scarlet en Ruth en Caitlin had haar eigen vleugels ook nog niet getest. Deze brug oversteken was een risico dat ze niet echt wou nemen maar, aan de andere kant, leek het vanzelfsprekend dat ze op Isle of Skye moesten zijn.

Caleb keek haar kant uit.

“We hebben niet veel keuze,” zei hij.

“Dan er is geen enkele reden om te wachten,” antwoordde ze. “Ik neem Scarlet, neem jij Ruth?”

Caleb knikte grimmig terug en terwijl Caitlin Scarlet oppakte en op haar rug zette, nam Caleb Ruth in zijn armen. Ruth spartelde eerst tegen omdat ze naar beneden wou, maar Caleb hield haar stevig vast en er was iets in zijn greep dat haar uiteindelijk kalmeerde.

Er was geen andere mogelijkheid dan achter elkaar over de brug te stappen. Caitlin ging eerst.

Caitlin nam haar eerste onvaste stappen op de brug en kon onmiddellijk voelen hoe glad de natte planken waren. Ze greep de reling van touw vast om haar evenwicht te bewaren, maar de brug zwaaide op hetzelfde moment en de reling viel in stukken in haar handen.

Ze sloot haar ogen, haalde diep adem en concentreerde zich. Ze wist dat ze niet kon vertrouwen op haar zicht of haar evenwichtsgevoel. Ze moest beroep doen op iets diepers. Ze dacht terug aan Aiden's lessen en riep zijn woorden op. Ze stopte met de brug te bevechten. In plaats daarvan probeerde ze zich een te voelen met haar.

Caitlin vertrouwde haar instincten en nam verschillende stappen voorwaarts. Ze opende langzaam haar ogen en wanneer ze nog een stap nam, viel een plank weg onder haar. Scarlet schreeuwde het uit en ze verloor een moment haar evenwicht. Ze nam snel een andere stap en ze vond haar houvast terug. De wind deed de brug opnieuw zwaaien. Het voelde alsof ze al eeuwen onderweg waren maar wanneer Caitlin opkeek, zag ze dat ze slechts tien meter waren gevorderd. Ze voelde instinctief aan dat ze er op deze manier nooit zouden in slagen de andere kant te bereiken

Ze draaide zich om en keek naar Caleb. Ze kon de blik in zijn ogen zien en ze wist dat hij hetzelfde dacht. Ze wou meer dan ooit gewoon haar vleugels spreiden en opstijgen, maar wanneer ze haar vleugels voelde werd ze iets gewaar in de lucht en ze wist dat Caleb gelijk had: er was een soort onzichtbaar energieschild rond het eiland en hier onuitgenodigd vliegen zou niet werken.

De wind blies opnieuw tegen de brug en Caitlin begon zich wanhopig te voelen. Ze waren echter te ver gevorderd om terug te keren.

Ze nam een beslissing in een fractie van een seconde.

“Op drie spring je en grijp je jouw kant van de reling en zwaaien tot het einde!” schreeuwde ze plotseling naar Caleb. “Het is de enige manier!”

“Wat als het touw het niet houdt?” schreeuwde hij terug.

“We hebben geen keuze! Als we verder doen zoals nu, zullen we sterven!”

Caleb stribbelde niet tegen.

“Eén!” riep ze terwijl ze diep inademde, ”twéé!” Drie!”

Ze sprong rechts naar omhoog en ze zag Caleb naar links springen. Ze kon horen hoe Scarlet schreeuwde en hoe Ruth jankte toen ze over de rand vielen. Ze greep het touw van de reling hard vast, biddend tot God dat het deze keer wel zou houden. Ze zag dat Caleb hetzelfde deed.

Een seconde later zweefden ze, hangend aan het touw, in volle snelheid door de lucht terwijl het zoute water van de golven over hen sloeg. Voor een moment kon Caitlin niet zeggen of ze nog zweefden of ze naar beneden vielen.

Maar na enkele seconden, voelde ze de spanning van het touw in haar hand toenemen en voelde ze dat ze niet meer recht naar beneden vielen maar eerder in de richting van de kliffen vlogen. Het touw zou het houden.

Caitlin zette zich schrap. Het touw hield het en dat was goed, maar ze vlogen ook snel recht naar de kant van de klif. Ze wist dat er tegenaan knallen pijnlijk zou zijn.

Ze draaide haar schouder en hield Scarlet achter haar zo dat ze zelf de meeste kracht van de schok zou kunnen op vangen. Ze keek naar Caleb en zag hem hetzelfde doen, Ruth met een arm vasthouden en naar binnen leunen met zijn schouder. Ze zetten zich beiden schrap voor de impact.

Een seconde later, crashte ze hard tegen de muur en voelde ze een scheut van pijn. De kracht van de impact sloeg de lucht uit Caitlin's longen en ze was voor een moment verstomd. Maar ze hield zich vast aan het touw en zag Caleb hetzelfde doen. Ze hing daar voor enkele seconden verdwaasd voor ze zich ervan kon vergewissen of Scarlet en Caleb in orde waren. Ze waren OK.

Caitlin hield langzaam op met sterretjes te zien en begon zichzelf tegen de wand van de klif omhoog te trekken aan het touw. Ze keek op en zag dat ze nog maar tien meter te gaan hadden tot de top. Ze maakte dan de fout om zich om te draaien en naar beneden te kijken. Het was een angstaanjagende diepte en ze realiseerde zich dat wanneer het touw het zou begeven, ze honderden meter diep op de scherpe rotsen zouden neerstorten.

Caleb had zich ook hersteld en klom ook langs zijn touw omhoog. Ze vorderden alle beiden vrij goed, zelfs wanneer ze nu en dan uitgleden op de mossige kliffen.

Plots hoorde Caitlin een ziekmakend geluid. Het was het geluid van een touw dat knapte.

Caitlin zette zichzelf schrap, erop voorbereid om naar haar dood te vallen maar ze realiseerde zich dan dat haar touw niet verslapte. Ze keek onmiddellijk de andere kant op en zag dat het Caleb's touw was.

Zijn touw was aan het breken.

Caitlin kwam in actie. Ze sprong van de rots en zwaaide haar touw dichter naar hem toe terwijl ze haar vrije hand uitstrekte. Ze lukte erin om Caleb's hand te grijpen terwijl hij naar beneden stortte. Ze hield hem stevig vast met haar vrije hand terwijl ze in de lucht bengelden. Dan hief ze hem met een enorme krachtinspanning verschillende meter omhoog naar een diepe spleet aan de kant van de klif. Caleb die Ruth nog steeds vasthield, was in staat om stevig op een richel te gaan staan en zich vast te houden aan een natuurlijke handgreep in de flank van de rots.

Nu hij in veiligheid was, kon ze de opluchting op zijn gezicht zien.

Maar er was geen tijd te verliezen. Caitlin draaide zich onmiddellijk om en haastte zich langs het touw omhoog. Haar touw kon ook op elk moment breken en ze had Scarlet nog op haar rug.

Ten slotte bereikte ze ook de top. Ze sprong vlug op het gras van het plateau en zette Scarlet neer. Ze voelde zich zo dankbaar dat ze op vaste bodem was maar ze moesten verder. Ze draaide zich om, nam het touw en gooide het enkele meter weg zodat het naar beneden zwaaide naar de plaats waar Caleb stond.

Ze keek naar beneden en zag dat hij er voorzichtig naar keek en wanneer het zijn kant uitkwam, greep hij ernaar terwijl hij Ruth vasthield met zijn andere hand. Hij slaagde erin om zich ook snel naar boven te trekken. Caitlin keek voorzichtig naar elk van zijn stappen, biddend dat het touw het hield.

Eindelijk bereikte hij de top en rolde in het gras naast haar toe. Ze haastten zich ver van de rand en ondertussen omhelsden Scarlet en Ruth elkaar en deden Caitlin en Caleb hetzelfde.

Caitlin kon voelen hoe de opluchting door haar lichaam stroomde. Net zoals door het zijne.

“Je hebt mijn leven gered,” zei hij. “Opnieuw.”

Ze gaf hem een glimlach terug.

“Jij hebt mijn leven zo vaak gered,” zei ze. “Ik ben je erop zijn minst een aantal verschuldigd.”

Hij glimlachte terug.

Ze draaiden zich allemaal om en onderzochten hun nieuwe omgeving. Het Isle of Skye. Het was prachtig, adembenemend, mystiek, desolaat en dramatisch tegelijk. Het eiland slingerde in een reeks van bergen en dalen en heuvels en plateaus, sommige rotsachtig en dor, andere bedekt met groene mossen. Het was volledig gehuld in een dichte mist die zijn weg zocht in alle hoeken en scheuren en oranje, rood en geel werd opgelicht door de ochtendzon. Het eiland leek op een plaats gemaakt van dromen. En het leek ook op een plek waar geen enkele mens ooit zou kunnen overleven.

Terwijl ze naar de horizon keek, verschenen plotseling een dozijn vampiers uit de mist over de heuvel en stapten langzaam in hun richting. Caitlin kon het niet geloven. Ze zette zich schrap voor de strijd maar Caleb reikte naar haar en legde een geruststellende hand op de hare.

“Maak je geen zorgen,” zei Caleb. “Ik kan het voelen. Ze zijn vriendelijk.”

Toen ze naderden kon Caitlin hen beter zien en voelde ze dat hij gelijk had. Ze was in feite geschokt door wat ze zag. Voor haar stonden enkele van haar oude vrienden.




HOOFDSTUK VIER


Sam zette zich schrap toen hun boot zich met wilde schokken naar de rotskust katapulteerde. Hij kon Polly's angst voelen toen tientallen vampierkrijgers langs de steile kliffen naar hen toe renden.

“Wat nu?” vroeg Polly, wanneer hun boot slechts enkele meters van de oever verwijderd was.

“Er is geen weg terug,” antwoordde Sam. “We bieden weerstand.”

Met deze woorden nam hij Polly bij de hand en sprong samen met haar van de boot. Ze sprongen een meter in de lucht voor ze aan de rand van het water belandden. Sam voelde de schok van het ijskoude water op zijn blote voeten. Het zond een huivering langs zijn rug en het maakte hem klaarwakker. Hij realiseerde zich dat hij nog steeds zijn gevechtsuitrusting uit Londen droeg: een spannende zwarte broek en een hemd met dikke vullingen op de armen en de schouders en toen hij naar Polly keek zag hij dat ze net hetzelfde aanhad.

Maar er was weinig tijd om op iets anders te letten. Toen Sam naar de oever keek, zag hij tientallen menselijke krijgers naar hen toe stormen. Gekleed van kop tot teen in maliënkolders, zwaaiend met zwaarden en schilden, waren ze het klassieke beeld van de ridders in hun glimmende pantsers die Sam als kind in zijn beeldverhalen had gezien en die hij altijd al had willen zijn. Hij idealiseerde hen als kind. Maar nu, als vampier, wist hij dat hij zo veel sterker was dan zij ooit zouden zijn. Hij wist dat ze nooit zijn kracht of snelheid, noch zijn vechtkunsten zouden kunnen evenaren. Daarom was Sam niet bang.

Maar hij was heel beschermend over Polly. Hij was niet zeker hoe de vechtkunsten van Polly geëvolueerd waren en hij hield er niet van hoe die menselijke wapens eruitzagen. Ze waren anders dan de andere zwaarden en schilden die hij al had gezien. Hij kon al zien hoe ze, glanzend in de ochtendzon, zilveren punten leken te hebben. Gemaakt om vampiers te doden.

Hij wist dat hij die bedreiging ernstig moest nemen.

Uit de blik in hun ogen was duidelijk dat het deze mensen ernst was en hij kon aan hun strakke, gecoördineerde formaties zien dat ze goed getraind waren. Voor mensen waren dit waarschijnlijk de beste krijgers uit deze tijd. Ze waren ook goed georganiseerd en vielen aan uit beide richtingen.

Sam wou hen niet het voordeel van de eerste aanval geven.

Sam viel zelf aan, en naderde hen vlugger dan ze hem naderden.

Het was duidelijk dat ze dit niet hadden verwacht. Hij voelde hen aarzelene dat ze niet zeker waren hoe te reageren.

Maar hij gaf hen niet de tijd. Met een vliegende sprong wipte hij over hun hoofden, terwijl hij zijn vleugels gebruikente om zich voort te stuwen, tot hij de volledige groep voorbij was en hij achter hen landde. Ondertussen greep hij een lans van een van de achterste ridders.Hij zwaaide hij die wijd in het rond en sloeg verschillende van hen in een enkele beweging van hun paarden.

De paarden creëerden al hinnikend en schoppend chaos en jaagden de rest van de groep vooruit.

Maar deze ridders waren goed getraind en lieten zich niet gemakkelijk uit het lood slaan. Alle andere menselijke ridders zouden zich onmiddellijk hebben verspreid, maar tot Sam's verbazing, keerden ze om en hergroepeerden ze zich, en vormden een lijn om Sam aan te vallen.

Sam was hierdoor verrast en vroeg zich af waar hij eigenlijk was. Was in hij in een of ander koninkrijk van elite krijgers beland?

Sam had geen tijd om dit uit te vissen en hij wou deze mensen niet doden. Een deel van hem voelde dat ze er niet op uit waren om te doden. Hij voelde dat het hun bedoeling was om hen te confronteren, en hen misschien gevangen te nemen. Of nog aannemelijker, te testen. Uiteindelijk waren ze op hun terrein geland. Hij voelde dat wilden zien waaruit ze gemaakt waren.

Sam was er tenminste in geslaagd hun aandacht van Polly af te leiden. Nu vielen ze alleen hem aan.

Hij bracht de lans naar achteren en mikte naar het schild van de leider met de bedoeling hem te verdoven maar niet om hem te doden.

Een voltreffer. Hij sloeg het schild uit zijn hand en sloeg hem van zijn paard. De ridder landde met een gekletter van metaa op de grond.

Sam sprong voorruit en grabbelde het schild uit de handen van de ridder. Juist op tijd want verschillende slagen kwamen op hem neer. Hij pareerde hen allemaal en trok ondertussen een goedendag uit de handen van een andere ridder. Hij greep hem bij de lange houten steel, leunde achterover en zwaaide de dodelijke metalen bol en ketting in een wijde boog om zich heen. Er kwam gekletter van metaal uit elke richting, terwijl Sam erin slaagde om de zwaarden uit de handen van een tiental ridders te slaan. Hij ging door met zwaaien en raakte er verschillende op hun schild waardoor ze op de grond sloegen.

Maar opnieuw was Sam verrast. Alle andere menselijke krijgers zouden in chaos uiteen gedreven zijn, maar niet deze mannen. Diegene die van hun paarden waren geslagen, grepen verdwaasd naar hun wapens, hergroepeerden zich en omsingelden Sam. Deze keer hielden ze meer afstand, genoeg zodat Sam ze niet kon raken met de goedendag.

Meer verontrustend was dat ze allemaal, uit elke richting, plots kruisbogen achter hun rug vandaan haalden en naar hem mikten. Sam kon zien dat ze geladen waren met schichten met zilveren punten. Ze waren allemaal bedoeld om te doden. Misschien was hij te mild geweest met hen.

Ze vuurden niet maar ze hielden hem in hun dodelijk vizier. Sam realiseerde zich dat hij zich in een penibele situatie bevond. Hij kon het niet geloven. Elke ondoordachte beweging kon zijn laatste zijn.

“Laat je bogen vallen” klonk een stem, koud als staal.

De mensen draaiden langzaam hun hoofd en Sam draaide zich ook om.

Hij kon het niet geloven. Aan de buitenste rand van de omsingeling stond Polly. Ze hield een van de soldaten in een dodelijke omknelling, haar voorarm rond zijn hals en een kleine zilveren dolk tegen zijn keel. De soldaat stond daar als bevroren, onmogelijk om te bewegen in Polly’s greep. Zijn ogenwaren wijd van de angst. Hij had de blik van een man die op het punt te stond te sterven.

“Zo niet,” vervolgde Polly ”sterft deze man.”

Sam was verstomd door de toon van haar stem. Hij had Polly nooit nooit zo koud en ferm als een krijger gezien. Het was alsof hij naar een totaal andere persoon keek en hij was sterk onder de indruk.

De mensen waren blijkbaar ook onder de indruk. Traag en terughoudend lieten ze een voor een hun bogen in het zand vallen.

“Kom van je paarden,” beval ze.

Langzaam gehoorzaamde elk van hen en stegen ze af. De tientallen menselijke krijgers stonden daar onderworpen aan haar genade, terwijl ze de man gegijzeld hield.

“Zo. Het meisje redt de jongen?” klonk plots een luide, vrolijke stem. Er volgde een diepe, hartelijke lach en alle hoofden draaiden zich om.

Van uit het niets verscheen een menselijke krijger die op een paard gezeten en in huiden gehuld, met een kroon op het hoofd en geflankeerd door nog een dozijn soldaten. Het was duidelijk door zijn voorkomen dat hij hun koning was. Hij had wild oranje haar, een dikke, oranje baard en gloeiende, ondeugende groene ogen. Hij leunde achterover en lachte hartelijk terwijl hij de vertoning voor hem in zich opnam.

“Indrukwekkend,” vervolgde hij, duidelijk geamuseerd door het hele gebeuren. “Inderdaad, zeer indrukwekkend.”

Hij steeg af en zijn mannen weken achteruit en stapte hij in de cirkel. Sam voelde zichzelf blozen terwijl hij zich realiseerde dat het leek alsof hij niet in staat was geweest om zichzelf uit de situatie te redden en dat hij zonder Polly hulpeloos geweest zou zijn. En dat was tenminste gedeeltelijk waar. Maar hij kon niet al te boos zijn omdat hij zo dankbaar was omdat ze hem had gered.

De Koning negeerde hem en vergrootte zijn verlegenheid nog meer door recht naar Polly te stappen.

“Je kan hem nu laten gaan.” zei de Koning tegen haar, nog steeds glimlachend.

“Waarom zou ik?” vroeg ze, nog steeds voorzichtig heen en weer kijkend tussen hem en Sam.

“Omdat we je nooit wilden kwetsen. Het was slechts een test. Om te zien of je het waard was om op Isle of Skye te zijn. Ten slotte,” lachte hij, “landden jullie op onze kusten!”

De Koning begon opnieuw hartelijk te lachen en twee van zijn mannen stapten voorwaarts en overhandigden hem twee lange zwaarden bedekt met robijnen, saffieren en smaragden die schitterden in het ochtendlicht. Sam was stomverbaasd: ze waren de mooiste zwaarden die hij ooit had gezien.

“Jullie zijn geslaagd in de test,” kondigde de Koning aan. “En deze zijn voor jullie. Een geschenk.”

Sam ging aan de zijde van Polly staan terwijl ze langzaam haar gijzelaar liet gaan. Ze pakten elk een zwaard en onderzochten het met juwelen ingelegde gevest. Sam bewonderde het vakmanschap.

“Voor twee waardige krijgers,” zei hij. “We zijn vereerd jullie te verwelkomen.”

Hij keerde hen de rug toe en begon weg te stappen en het was duidelijk dat Sam en Polly verondersteld werden om hem te volgen. Terwijl hij stapte, brulde hij uit:

“Welkom op ons Isle of Skye”




HOOFDSTUK VIJF


Caitlin en Caleb, gevolgd door Scarlet en Ruth,stapten gezwind over Isle of Skye, samen met Tayler, Tyler en verschillende andere leden van Aiden's coven. Caitlin was overgelukkig hen te zien. Na het moeilijke begin, onmiddellijk na de landing op deze plaats en in deze tijd, voelde ze zich eindelijk rustig en op haar gemak omdat ze wist dat ze exact daar waren, waar ze moesten zijn. Taylor en Tyler, en alle andere mensen van Aiden, waren ook verrukt om hen weer te zien. Het was zo raar om hen hier te zien op een andere plaats en in een andere tijd, in dit koud klimaat, op dit grimmig en dor eiland in het midden van nergens. Caitlin begon in te zien dat plaatsen en tijd veranderden maar dat mensen tijdloos waren.

Taylor en Tyler namen hen mee op een stevige toer rond het eiland en ze hadden al uren gewandeld. Caitlin had onmiddellijk gevraagd of ze nieuws hadden van Sam en Polly en wanneer ze dit ontkenden was ze zeer teleurgesteld geweest. Ze hoopte echt dat ze de reis terug in de tijd ook hadden overleefd.

Tijdens de wandeling bracht Taylor hen op de hoogte van de rituelen, gewoontes en nieuwe trainingsmethodes in de coven en van alles wat Caitlin ook maar wilde weten. Caitlin realiseerde zich dat Skye overweldigend was, een van de mooiste plaatsen die ze ooit had gezien. Het voelde oeroud en prehistorisch aan met grote zwerfkeien die uit het landschap staken, met mos bedekte heuvels en bergmeren die weerspiegelden in de ochtendzon en een prachtige mist die over alles scheen te blijven hangen.

“De mist laat ons nooit alleen”, zei Taylor, glimlachend alsof ze Caitlin's gedachten kon lezen.

Caitlin bloosde, verlegen als altijd om hoe makkelijk het was voor anderen om haar gedachten te lezen.

“In feite, daar komt de naam vandaan: Skye betekent mistig eiland,” zei Taylor. “Het geeft een dramatische achtergrond voor alles hier, vind je niet?”

Caitlin knikte terwijl ze het landschap overschouwde.

“En het is nuttig bij de strijd tegen onze vijanden,” mengde Taylor zich in het gesprek. “Niemand durft onze kusten zo maar te benaderen.”

“Ik verwijt hen niets,” zei Caleb. “Dat was niet echt een hartelijk welkom.”

Taylor en Tyler glimlachten.

“Alleen diegene die het waard zijn, kunnen naderbij komen. Dit is onze test. Het is reeds jaren geleden dat iemand geprobeerd heeft ons te bezoeken en het is nog langer geleden dat iemand geslaagd is in de test en onze kusten levend heeft bereikt.

“Alleen diegene die het waard zijn kunnen hier overleven en trainen,” zei Taylor. “Maar de training is de beste in de wereld.”

“Skye is een plaats die niets vergeeft,” voegde Tyler eraan toe, "een plaats van extremen. Aiden's coven is hechter hier dan het ooit is geweest. We gaan zelden weg. We trainen bijna de ganse dag samen en dit in de meest extreme omstandigheden: koude, dichte mist, regen, kliffen, in de bergen, op bevroren meren, op rotsige kusten en soms zelfs in de oceaan. Er zijn weinig training methodes waar hij ons niet aan heeft onderworpen. En we zijn meer gehard in de strijd dan we ooit zijn geweest.”

“En we trainen niet alleen,” voegde Tyler eraan toe. “Hier wonen ook menselijke krijgers onder leiding van hun Koning, McCleod. Ze hebben een kasteel en een eigen legioen van krijgers en we leven en trainen samen. Het is echt zeer ongewoon, vampiers en mensen die samen trainen. Maar we zijn heel dicht hier. We zijn allemaal krijgers en we respecteren allemaal de code van de krijgers.”

“Uiteraard”, zei Taylor, “trekken we de grens bij het paren. Velen onder hen zouden graag onze vampier talenten hebben, maar Aiden heeft strikte regels om ons te beletten om mensen te veranderen. Ze hebben zich moeten neerleggen bij het feit dat ze nooit een van ons zullen zijn. We leven en trainen samen in harmonie. We scherpen hun talenten verder aan dan een mens ooit zou durven dromen. En zij geven ons onderdak en bescherming. Ze hebben een arsenaal vol met wapens met zilveren punten en indien een andere rivaliserende coven ons ooit zou aanvallen, staan ze klaar om ons te verdedigen.

“Een kasteel?” vroeg Scarlet plotseling. “Een echt kasteel?”

Taylor keek naar haar en brak in een brede glimlach. Ze reikte naar haar en nam Scarlet's vrije hand terwijl ze verder wandelden.

“Ja, lieverd. We brengen jullie daar nu heen. Kijk,” zei toe ze de heuvel rondden, “Het is daar.”

Ze stopten allemaal om te kijken en Caitlin was versteld door wat ze zag. Voor hen lag een uitgestrekt landschap van rollende heuvels en meren, en in de verte nestelde zich op zijn eigen kleine klif, een oud kasteel aan de rand van een enorm meer.

“Dunvegan Castle”,” kondigde Taylor aan. “Sinds eeuwen een thuis voor de Schotse koningen.”

“WOW!” schreeuwde Scarlet. “Mama, we gaan in een kasteel wonen!”

Caitlin kon het niet helpen dat ze net als de anderen glimlachtecwant Scarlet's enthousiasme werkte aanstekelijk.

“Mag Ruth ook meekomen?” vroeg Scarlet. Caitlin keek zijdelings naar Taylor die terug knikte. “Uiteraard mag ze meekomen, lieverd.”

Scarlet gilde verrukt terwijl ze Ruth knuffelde en de volledige groep haastte zich naar beneden naar het kasteel in de verte.

Caitlin bekeek het kasteel en voelde dat er binnen de muren diep verborgen geheimen lagen die haar konden helpen in haar zoektocht naar haar vader. En opnieuw voelde ze dat ze op exact de juiste plaats was.

“Is Aiden hier?” vroeg Caitlin aan Taylor.

“Dat hebben we ons reeds een tijdje afgevraagd,” antwoordde Tyler. “Ik heb hem in weken niet gezien. Soms verdwijnt hij voor een tijdje. Je weet hoe hij is.”

Caitlin wist he, inderdaad. Ze dacht terug aan alle tijden, alle momenten die ze met hem had gedeeld. Ze moest absoluut met hem praten om meer te weten te komen waarom ze in deze plaats en tijd waren geland en om uit te vinden of Sam en Polly in orde waren en bovenal of haar vader hier ook was. Ze had zoveel brandende vragen die ze wou stellen. Zoals, wat was er in Londen gebeurd voor ze allemaal werden teruggestuurd? Was Kyle erin geslaagd om te overleven?

Terwijl ze dichter bij het kasteel kwamen, keek Caitlin naar omhoog en bewonderde de architectuur. Het kasteel rees gespreid over verschillende niveaus twintig meter hoog in een rechthoekige vorm met verschillende vierkante torens en kantelen. Het stond onvervaard en fier op de top van een klif, uitkijkend in de open hemel over een uitgestrekt meer en anders dan andere kastelen was het helder en luchtig met tientallen ramen. De weg er naartoe was indrukwekkend met een wijde geplaveide weg die naar een ingangspoort met een indrukkende boog leidde. Dit was duidelijk geen plaats die gemakkelijk toegankelijk was en wanneer Caitlin opkeek, bemerkte zeop alle torens menselijke wachters, die hen bekeken als haviken.

Toen ze dichter bij de ingang kwamen, hoorden ze plots trompettengeschal, gevolgd door het geroffel van paardenhoeven.

Caitlin keek om. Afstekend tegen de horizon kwamen tientallen geharnaste menselijke krijgers naar hen toe gegaloppeerd. Aan het hoofd reed een indrukwekkende man, gekleed in bontvellen, met een lange oranje baard, geflankeerd door twee dienaars en hij had de uitstraling van een koning. Hij had zachte gelaatstrekken en leek het soort man dat gemakkelijk glimlachte. Hij had een grote entourage van krijgers en Caitlin zou verkrampt zijn, was het niet dat Taylor en Tyler zo ontspannen waren. Ze waren duidelijk vrienden.

Toen de soldaten stopten en zich verspreidden, verstijfde Caitlin, geschokt.

Daar in het midden van de groep bevonden zich twee mensen die ze boven al liefhad. Ze kon het niet geloven. Ze knipperde verschillende keren met de ogen. Ze waren het echt.

Voor haar stonden Sam en Polly naar haar te grijnzen.



*



Caitlin en Sam stapten allebei naar voren en vielen elkaar in de armen voor de verzamelde krijgers. Caitlin was zo opgelucht om haar broer te omhelzen en hem te zien en te voelen dat hij leefde en dat hij echt daar was. Ze leunde daarna naar Polly en pakte haar ook vast, terwijl Caleb ook naar voren kwam om Sam en Polly te omhelzen.

“Polly!” schreeuwde Scarlet terwijl ze naar hen toerende met Ruth blaffend aan haar zijde. Polly knielde neer en knuffelde haar en nam haar in haar armen.

“Ik dacht dat ik je nooit meer zou zien!” zei Scarlet.

Polly straalde. “Je raakt me niet zo makkelijk kwijt!”

Ruth blafte en Polly knielde om haar te knuffelen terwijl Sam hetzelfde deed met Scarlet.

Caitlin koesterde zich in de warme gloed van het weerzien met haar familie en geliefden. Ze dacht terug aan Londen, aan iedereen die ziek en stervende was en aan de tijd wanneer ze zich nooit nog kon voorstellen dat dit nog mogelijk zou zijn. Ze voelde zich zo dankbaar omdat alles hersteld leek en ze verwonderde zich er over hoeveel levens ze al had geleid. Het maakte haar zo dankbaar voor haar onsterfelijkheid. Ze kon zich niet inbeelden wat ze zou doen met slechts één leven.

“Wat gebeurde er met jullie?” vroeg Caitlin aan Sam. “De laatste keer dat ik je zag, beloofde je mij dat je Caleb en Scarlet niet zou verlaten. En toen ik terugkwam, was je verdwenen.”

Caitlin was nog steeds boos om hun verraad.

Sam en Polly sloegen hun ogen neer in schaamte.

“Het spijt me zo,” zei Sam. “Het was mijn fout. Polly was ontvoerd en ik ging weg om haar te redden.”

“Nee, het was mijn fout,” zei Polly. “Sergei beweerde dat er een remedie was en dat ik met hem mee moest gaan om ze te halen. Ik was zo stom dat ik hem geloofde. Ik dacht dat ik hen zou redden, maar ik brak mijn belofte aan jou. Wil je mij het ooit vergeven?”

“En mij?” vroeg Sam.

Caitlin keek naar hun gezichten en zag dat ze volstrekt oprecht waren. Een deel van haar was nog steeds boos dat ze hun belofte hadden gebroken en op die manier Scarlet en Caleb hadden blootgesteld aan gevaar. Maar een ander deel dat groter werd, vertelde haar om hen volledig te vergeven en het te laten varen.

Ze nam diep adem en concentreerde zich op het laatste. Ze ademde uit en knikte.

“Ja, ik vergeef jullie allebei,” zei ze.

Ze glimlachten allebei terug.

“Jij mag hen dan wel vergeven,” zei Koning McCleod plotseling terwijl hij afsteeg en naar hen toekwam “Maar ik vergeef hen niet om mijn mannen zo in verlegenheid te brengen,” zei hij met een hartelijke lach. “Vooral Polly niet. Jullie brachten mijn beste krijgers in verlegenheid. We hebben duidelijk heel wat van jullie te leren, zoals we ook van de anderen hebben geleerd. Vampiers tegen mensen. Nooit fair,” zei hij hoofdschuddend met nog een hartelijke lach.

McCloud stapte naar voren en kwam dichter bij Caitlin en Caleb. Caitlin mocht hem onmiddellijk. Hij glimlachte gemakkelijk en had een diepe geruststellende lach en leek iedereen rond hem op zijn gemak te stellen.

“Welkom op ons eiland,” zei hij en nam Caitlin's hand om die met een buiging te kussen. Hij reikte Caleb de hand en schudde die hartelijk met zijn beide handen. “Het Isle of Skye. Er is geen plaats zoals deze op de ganse aarde. Een tijdloze thuis voor de grootste krijgers. Dit kasteel is reeds sinds honderden jaren in mijn familie. Jullie blijven bij ons. Aiden zal net als mijn mannen opgetogen zijn. Ik heet jullie officieel welkom!” schreeuwde hij en al zijn mannen juichten.

Caitlin voelde zich overweldigd door zijn gastvrijheid. Ze wist nauwelijks wat ze moest antwoorden.

“Het is ons een waar genoegen,” zei ze.

“En we danken u voor uw grootmoedigheid,” zei Caleb.

“Ben jij een koning?” vroeg Scarlet naar voren stappend. “Is er hier een echte prinses?”

De koning keek naar beneden en barste uit in een bulderende lach, nog luider en dieper dan voorheen. “Wel, ik ben een koning. Ja, inderdaad, maar ik ben bang dat er hier geen prinses is. Alleen wij mannen. Maar misschien zal jij dit rechtzetten, schoonheid!” zei hij lachend. Hij nam twee stappen voorwaarts en pakte Scarlet op. “En wat mag je naam dan zijn?”

Scarlet bloosde, plots verlegen.

“Scarlet,” zei ze, met neergeslagen ogen. “En dat is Ruth,” zei ze naar haar wijzend.

Ruth blafte alsof ze antwoordde en McCleod zette Scarlet lachend neer en aaide Ruth's vacht.

“Ik ben zeker dat jullie allemaal zijn uitgehongerd,” zei hij. “Naar het kasteel!” schreeuwde hij. “Tijd om te vieren!”

Al zijn mannen gingen schreeuwend in de richting van de ingang van het kasteel, terwijl de wachtposten in het gelid sprongen

Sam sloeg zijn arm over Caitlin's schouder en Caleb de zijne over die van Polly en ze stapten allemaal samen naar de ingang van het kasteel. Caitlin wist dat ze het niet moest doen, maar ondanks zichzelf, hoopte ze opnieuw dat ze deze keer een blijvende thuis hadden gevonden, een plaats waar ze allemaal voor altijd in vrede konden leven.




HOOFDSTUK ZES


Het was het warmste en meest luxueuze welkom dat Caitlin zich kon inbeelden. Hun aankomst was één lang feest geweest. Ze stoten op het ene coven lid na het andere en ze zag gezichten die ze in een eeuwigheid niet had gezien: Barbara, Cain en vele anderen. Ze zaten allemaal te lunchen aan een enorme bankettafel in het warme, stenen kasteel, met huiden onder hun voeten en toortsen langs de muren terwijl het haardvuur vlamde en de honden overal rondliepen. De ruimte voelde warm en gezellig aan en Caitlin realiseerde zich dat het koud was buiten. Het was eind oktober, zo was haar verteld. 1350. Caitlin kon het niet geloven. Ze was bijna zevenhonderd jaar verwijderd van de eenentwintigste eeuw.

Ze had altijd geprobeerd om zich voor te stellen hoe het leven er zou uitzien in deze tijd, de tijd van de ridders, van harnassen en kastelen, maar ze het zich nooit voorgesteld als dit. Ondanks het sterke contrast met de omgeving en het gebrek aan grote steden of gemeenten, waren de mensen toch zeer warm, intelligent en menselijk. İn de meeste gevallen verschilden ze zelfs weinig van de mensen uit haar tijd.

Caitlin voelde zich zeer goed thuis op deze plaats en in deze tijd. Ze had uren doorgebracht met Sam en Polly, luisterend naar hun verhalen, hun versie van wat er was gebeurd daar in Engeland. Ze was geschokt om te horen wat er was gebeurd tussen Sergei en Polly en ze was zo fier op Sam omdat hij haar had gered.

En gedurende de ganse nacht merkte ze ongewild dat Sam nauwelijks zijn ogen kon afhouden van Polly. Als zijn grote zuster voelde ze dat er in hem een grote verandering had plaatsgevonden. Hij leek eindelijk meer volwassen en voor de allereerste keer echt en tot over zijn oren verliefd.

Maar Polly leek deze keer een beetje meer ontwijkend. Het was moeilijker voor Caitlin om een juist gevoel te krijgen van waar zij stond en over haar gevoelens voor Sam. Misschien was dit omdat Polly meer op haar hoede was. Of misschien was het omdat Polly deze keer echt om hem gaf. Caitlin kon diep vanbinnen voelen dat Sam alles voor haar betekende en dat ze extra voorzichtig was om haar gevoelens te tonen om niet alles te verknoeien. Caitlin merkte dat Polly nu en dan, wanneer Sam niet keek, een korte blik op hem wierp. Maar dan sloeg ze snel haar ogen neer zodat Sam haar niet kon betrappen terwijl ze keek.

Caitlin voelde zonder twijfel dat haar broer en haar beste vriendin op het punt stonden een koppel te vormen. Het idee maakte haar blij. En ze vond het grappig dat ze beiden nog steeds ontkenden wat er tussen hen gebeurde en dat ze zelfs deden alsof er niets aan de hand was.

De tafel was ook gevuld met nieuwe menselijke vrienden en Caitlin ontmoette zoveel mensen waar ze zich verbonden mee voelde. Ze waren allemaal krijgers. De koning zat aan het hoofd van de tafel, omringd door tientallen ridders. Gedurende de ganse namiddag zongen ze allemaal drinkliederen en ze lachten luid terwijl ze oorlogs- en jachtverhalen vertelden. Caitlin kon merken dat deze Schotse mensen warm en gastvrij waren, dat ze van drinken hielden en dat ze fantastische vertellers waren. En tegelijk waren ze zeer nobel en fier, en grote krijgers.

De maaltijd en de verhalen bleven uren duren terwijl de lunch zich uitstrekte tot in de namiddag. Toortsen doofden uit en werden opnieuw aangestoken. Tientallen nieuwe houtblokken werden in de massieve stenen haard gegooid en enorme wijnvaten werden aangerold. Uiteindelijk vielen alle honden oververmoeid in slaap op de huiden. Scarlet viel ook in slaap op Caitlins schoot terwijl Ruth zich naast haar opkrulde. Ruth was zeer goed gevoederd door Scarlet, die voor een ononderbroken aanvoer van vlees had gezorgd. Een dozijn honden zat bedelend rond de tafel, maar ze waren allemaal verstandig genoeg om uit de buurt van Ruth te blijven. En Ruth die voldaan was, leek ook niet geïnteresseerd om het bij hen te verknoeien.

Sommige krijgers waren uitgeput door het vele eten en drinkenen vielen uiteindelijk ook in slaap op de huiden. Caitlin voelde zich ook wegglijden, haar gedachten in andere tijden, op andere plaatsen en bij andere dingen. Ze begon zich af te vragen wat haar volgende aanwijzing zou zijn, of haar vader in deze plaats en tijd zou zijn en waar haar volgende reis haar zou brengen. Haar ogen begonnen zich te sluiten toen ze plots haar naam hoorde.

Het was de koning, McCleod, die haar aansprak boven het geroezemoes.

“En wat denk je, Caitlin?” vroeg hij opnieuw.

En op dat moment begon de levendige tafel langzaam te verstillen. De mensen draaiden zich en keken haar kant uit.

Caitlin voelde zich verlegen omdat ze niet naar het gesprek had geluisterd. De koning keek naar haar alsof hij op een antwoord wachtte. Ten slotte schraapte hij zijn keel.

“Wat denk jij van de Heilige Graal?” vroeg hij opnieuw.

De Heilige Graal? vroeg Caitlin zich verwonderd af. Was het dat waarover ze gepraat hadden?

Ze had geen flauw idee. Ze had helemaal niet aan de Heilige Graal gedacht. Ze wenste nu dat ze naar hun gesprek had geluisterd. Ze probeerde zich te herinneren wat het was en dacht terug aan de sprookjes uit haar kindertijd, aan de mythes en legendes. Aan de verhalen van Koning Arthur. Excalibur. De Heilige Graal...

Langzaam kwam het bij haar terug. Als ze het zich goed herinnerde, zou de Heilige Graal een kelk of een beker zijn, die naar verluidt een speciale vloeistof bevatte... Ja, nu herinnerde ze het zich opnieuw. Sommige mensen beweerden dat de Heilige Graal het bloed van Christus bevatte en dat het drinken daarvan je onsterfelijk zou maken. Als ze zich het goed herinnerde hadden de ridders er honderden jaren naar gezocht en hadden ze, om hem te vinden, hun leven gewaagd tot aan de uiteinden van de aarde en niemand had hem ooit gevonden.

“Denk je dat hij ooit zal gevonden worden?” vroeg McCleod opnieuw.

Caitlin schraapte haar keel en de hele tafel keek naar haar en wachtte op een antwoord.

“Umm...” begon ze, “Ik heb er eigenlijk nog niet over nagedacht,” antwoordde ze. “Maar als hij echt bestaat... dan zie ik niet in waarom hij niet zou kunnen worden gevonden.”

Er was een gemompel van goedkeuring rond de tafel.

“Zie je,” zei McCleod tegen een van zijn ridders. “Ze is een optimist. Ik denk ook dat hij zal gevonden worden.”

“Oudewijvenpraat,” zei de ridder.

“En wat zal je doen als je ze vindt?” vroeg een andere ridder. “Dat is de echte vraag.”

“Waarom zou ik mij onsterfelijk maken?” antwoordde de koning, hartelijk lachend.

“Je hebt de Heilige Graal daarvoor niet nodig,” zei een andere ridder. “Al wat je nodig hebt, is te worden veranderd.”

Een gespannen stilte viel rond de tafel. Het was duidelijk dat deze ridder te veel had gezegd, dat hij een grens had overgeschreven en iets wat taboe was had vermeld. Hij boog zijn hoofd in schaamte en erkende zo zijn fout.

Caitlin zag McCleod's plotse, donkere blik en op dat moment besefte ze dat hij wanhopig veranderd wilde worden. En dat hij het Aiden's coven zwaar aanrekende dat ze hem niet tegemoetkwamen daarin. Het was duidelijk dat deze ridder een heikel punt had opgeworpen, het enige punt van spanning tussen beide rassen.

“En hoe voelt het eigenlijk?” vroeg de koning luidop, de vraag rechtstreeks aan Caitlin gericht om een of andere reden. “Onsterfelijkheid?”

Caitlin vroeg zich af waarom hij van alle vampiers in de kamer het juist aan haar had gevraagd,. Kon hij niet iemand anders hebben uitgekozen?

Ze dacht erover na. Hoe was het? Wat kon ze mogelijk antwoorden? Aan de ene kant hield ze van haar onsterfelijkheid en om in al die periodes en plaatsen te leven en haar familie en vrienden telkens opnieuw in een nieuwe tijd en op een nieuwe plaats te zien. Aan de andere kant, was er een deel van haar dat verlangde naar een eenvoudig leven, naar een normale gang van zaken. Maar boven alles verbaasde ze zichzelf over hoe kort onsterfelijkheid leek: enerzijds leek het voor altijd te duren, maar anderzijds voelde het altijd aan alsof er nooit genoeg tijd was.

“Het voelt niet zo permanent aan als je je het voorstelt.”

De rest van de tafel knikte instemmend met haar antwoord.

McCleod sprong plots recht uit zijn stoel. En met hem, sprongen alle anderen recht.

Net op het moment dat Caitlin in haar hoofd over de bizarre woordenwisseling ging, zich afvragend of ze hem boos had gemaakt, voelde ze plots zijn aanwezigheid achter haar. Ze draaide zich om en hij stond over haar gebogen.

“Je bent wijzer dan je jaren,” zei hij. “Kom met me mee. En breng je vrienden mee. Ik wil je iets tonen, iets dat al zeer lang op je wacht.”

Caitlin was verrast. Ze had er geen idee van wat het kon zijn.

McCleod draaide zich om en beende de hall uit. Caitlin en Caleb stonden op en samen met Sam en Polly volgden ze hem. Ze keken elkaar verwonderd aan.

Ze volgden de koning over de brede stenen vloer door de enorme kamer en door een zijdeur, terwijl de ridders rond de tafel langzaam terug neer zaten en hun maaltijd verderzetten.

McCleod stapte in stilte door een nauwe met toortsen verlichte hall met Caitlin, Caleb, Sam en Polly in zijn spoor. De oude stenen zalen draaiden en keerden en leidden hen naar een trap.

McCleod nam een toorts van de muur en leidde de weg langs een trap in volstrekte duisternis naar beneden. Terwijl ze stapten, begon Caitlin zich af te vragen waar hij hem heen bracht. Wat had hij hen in hemelsnaam te tonen? Een of ander antiek wapen?

Ten slotte bereikten ze een door toortsen verlicht ondergronds niveau en Caitlin was verbaasd door wat ze zag. Het lage, gewelfde en met goud belegde plafond schitterde. Caitlin kon illustraties zien van Christus en van Ridders,van scenes uit de Bijbel afgewisseld met verschillende vreemde tekens en symbolen. De vloer was een oeroude uitgesleten steen en Caitlin kon het niet helpen dat ze het idee had dat ze een geheime schatkamer was binnengegaan.

Caitlin's hart begon sneller te slaan en ze voelde dat er iets belangrijk op hen wachtte. Ze stapte sneller en haaste zich om de Koning in te halen.

“Dit is de schatkamer van de clan McCleod sinds duizend jaar. Hier bewaren we onze heiligste schatten, wapens en bezittingen. Maar er is een zaak die waardevoller en heiliger is dan al de rest.

Hij stopte en draaide zich naar haar om.

“Het is een schat die we speciaal voor u hebben bewaard.”

Hij draaide zich om en nam een toorts en op hetzelfde moment opende zich plotseling een steen in de muur. Caitlin was verbaasd want ze had geen idee wat zich daar bevond.

McCleod draaide zich opnieuw en leidde hen door een andere kronkelende gang. Uiteindelijk hielden ze halt in een kleine ruimte met een nis. Voor hen stond een troon waarop zich een eenzaam object bevond: een kleine schatkist bezet met juwelen. Het toortslicht flikkerde en verlichtte het en McCleod nam het voorzichtig op.

Langzaam hief hij het deksel op. Caitlin kon het niet geloven.

Daar in de kist lag een enkel stukje antiek perkament in een vervaalde antieke kleur, verkreukeld en gescheurd. Het was bedekt met een oude handgeschreven tekst in een taal die Caitlin niet kon herkennen. Aan de randen bevonden zich veelkleurige letters, tekeningen en symbolen en in midden bevond zich een halfcirkelvormige tekening. Maar omdat het in twee gescheurd was, kon Caitlin niet uitmaken wat het verondersteld was te zijn.

“Voor jou,”, zei hij, terwijl hij het voorzichtig naar haar ophief.

Caitlin nam het stukje gescheurd perkament aan en voelde het kreukelen in haar hand terwijl ze het tegen het licht van de toorts hield. Het was een gescheurde blad, waarschijnlijk uit een boek en met al zijne delicate symboliek leek het wel een kunstwerkje.

“Het is een stuk van de ontbrekende bladzijde van het Heilige Boek,” legde McCleod uit. “Wanneer je het boek vindt, zal de bladzijde compleet zijn. En dan zal je de relikwie vinden waar we allemaal naar zoeken.

Hij keerde zich om en keek haar aan.

“De Heilige Graal.”




HOOFDSTUK ZEVEN


Caitlin zat in haar ruime kamer in Dunvegan Castle aan een schrijftafel en keek door het raam naar de zonsondergang. Ze onderzocht het gescheurde blad dat McCleod haar had gegeven en hield hem tegen het licht. Ze wreef met haar vingers over de Latijnse sierletters. Ze leken en voelden antiek aan. Het volledige blad was zo mooi en ingewikkeld versierd en ze was versteld over de gekunstelde kleuren langs de randen van het papier. In die tijd, realiseerde ze zich, waren boeken op zichzelf al gemaakt om kunstwerken te zijn.

“Caleb lag op hun bed en Scarlet en Ruth lagen uitgespreid op een stapel huiden voor het haardvuur aan de andere kant van de kamer. De kamer was zo ruim dat zelfs met iedereen aanwezig Caitlin zich alleen voelde met haar gedachten. Ze wist dat Sam en Polly in de aanpalende kamer waren. Het was een lange dag met een uitgebreid feest met Aiden's coven en de mannen van de koning geweest en ze maakten zich allemaal klaar voor de nacht.

Caitlin kon niet stoppen met aan het gescheurde stuk papier te denken, en naar waar de aanwijzing haar kon leiden en of het haar naar de vierde sleutel zou brengen. Zou haar vader ditmaal daar zijn? Kon het zijn dat hij dichtbij op haar wachtte? Haar hart klopte sneller bij die gedachte. Betekende dit dat ze eindelijk het schild zou vinden? Dat dit alles voorbij zou zijn? En wat zou ze dan doen? Waar zou ze vervolgens gaan?

Het was allemaal te veel voor haar om erover na te denken. Ze voelde dat ze zich alleen moest concentreren op de aanwijzing voor haar en de rest stap voor stap moest bekijken. Ze dacht aan wat McCleod had gezegd over de Heilige Graal. Hij had haar verteld dat hij en zijn mannen hun leven hadden gewijd aan het vinden van de graal. De legende beweerde dat een vrouw zou komen en hen ernaar toe zou leiden. Hij geloofde dat zij, Caitlin, die vrouw was. Dat was de reden dat hij haar zijn kostbare aanwijzing had gegeven, een antiek stukje papier.

Maar Caitlin was niet overtuigd. Was de graal enkel een mythe? Of was hij echt? En wat was het verband met haar zoektocht?

Caitlin wist niet waar dit allemaal naartoe leidde, maar toen ze erover nadacht, realiseerde ze zich opnieuw dat ze eindelijk een plaats hadden gevonden, in dit kasteel, bij deze mensen, waar ze een gevoel van vrede en welzijn had. Ze voelde zich thuis in Skye in dit kasteel bij deze koning met zijn ridders en uiteraard bij Aiden's coven. Ze was dolblij om herenigd te zijn met Caleb, Scarlet, Sam en Polly. Eens te meer, voelde alles uiteindelijk opnieuw juist in de wereld. Het was koud en winderig daarbuiten en met een laaiend vuur in de open haard, voelde het zo knus hierbinnen dat ze zich niet meer buiten wou wagen om op zoek te gaan naar meer aanwijzingen. Ze wilde hier blijven. Ze kon zichzelf hier een huis zien bouwen met Caleb, Scarlet en Ruth.

Indien ze hun missies bleven doen, zou dit invloed hebben op haar relatie met Caleb? Of zou dit zelfs Scarlet of Ruth in gevaar kunnen brengen? Het leek net of elke keer dat ze dichter kwam bij het vinden van een andere sleutel, slechte dingen begonnen te gebeuren.

Caitlin legde langzaam het broze stukje papier neer en in plaats daarvan staarde ze naar haar gesloten dagboek dat voor haar op de schrijftafel lag. Het was versleten en dik door het gebruik, een relikwie in zijn eigen recht. Ze reikte ernaar en sloeg langzaam de bladzijden om tot ze bijna aan het einde van het boek kwam. Ze realiseerde zich geschokt dat er niet meer zoveel lege bladzijden overbleven. Ze kon het niet geloven. Toen ze met dit dagboek begon, leek het dat het eeuwig zou meegaan.

Ze nam de ganzenveer, doopte ze in de inkt en begon te krabbelen.



Ik kan niet geloven dat dit dagboek bijna vol is. Ik kijk terug naar sommige van mijn oude schrijfsels, zoals die uit New York City, en het voelt aan aslof het eeuwen geleden is. Maar het is ook alsof het net gisteren gebeurde.

Ik denk terug aan alles wat ik heb meegemaakt en ik weet niet eens meer waar te beginnen. Het voelt alsof er te veel is gebeurd om je op de hoogte te brengen van alles. Ik ga je dus alleen de belangrijkste gebeurtenissen vertellen.

Caleb leeft. Hij overleefde zijn ziekte. Ik ben nu terug bij hem en we gaan trouwen. Niets maakt me gelukkiger.

Scarlet, het mooiste achtjarige meisje op de wereld, is in ons leven. Ze is nu onze dochter. Ze overleefde eveneens haar ziekte en ik ben dolblij.

Zonder Ruth te vergeten, die groter en sterker is geworden dan Rose ooit is geweest en die het meest loyale en beschermende dier is dat ik ooit heb gezien. Ze is een even groot deel van onze familie als Scarlet en Caleb.

En ik ben zo verheugd om weer verenigd te zijn met Sam en Polly. Eindelijk heb ik het gevoel dat mijn volledige familie terug samen onder een dak is.

Ik ben zenuwachtig voor het huwelijk. Caleb en ik hebben nog geen kans gehad om erover te praten maar ik voel dat het voor binnenkort zal zijn. Toen ik jonger was, probeerde ik me altijd mijn trouwdag voor te stellen. Maar ik beeldde mij nooit iets in dat maar enigszins op dit zou kunnen lijken. Een vampierhuwelijk? Hoe zou dat eruitzien?

Ik hoop dat hij nog steeds evenveel van me houdt, als ik van hem. Ik voel van wel. Ik vraag me af of hij ook nerveus is voor het huwelijk?

Ik kijk naar mijn ring, een ring die hij mij geschonken heeft, zo mooibedekt met al die schitterende juwelen. Het voelt niet echt aan. Niets voelt echt aan. Maar tegelijkertijd voel ik dat ik voor altijd met hem verbonden ben.

Ik wil mijn Papa vinden. Echt. Maar ik wil niet meer zoeken en ik wil niet dat de dingen veranderen. Niets van dit alles. Ik wil bij Caleb zijn. Ik wil dat ons huwelijk doorgaat. Is het verkeerd om ons huwelijk prioriteit te geven?



Caitlin sloot haar dagboek en legde haar ganzenveer neer. Nog steeds verloren in een andere wereld, knipperde ze met de ogen en keek rond de kamer. Ze vroeg zich af hoeveel tijd was verstreken tijdens haar overpeinzingen. Ze keek door het venster en zag de schemering en terwijl ze door de kamer gluurde, zag ze dat Scarlet en Ruth nog steeds vast sliepen. Aan de andere kant van de kamer leek Caleb ook te slapen bij het licht van de toortsen.

Caitlin voelde zich ook slaperig worden. Ze voelde dat ze haar hoofd leeg moest maken en dat ze frisse lucht nodig had. Ze stond stilletjes van de schrijftafel op en doorkruiste de kamer, vastbesloten om naar buiten te glippen. Onderweg pakte ze een pelsen sjaal en sloeg hem rond haar schouders. Net toen ze bij de deur kwam, hoorde ze echter een zacht kuchje.

Ze keek om en zag Caleb die met een oog open smekend naar haar keek.

Ze draaide zich om en ging naar hem toe en toen hij zachtjes op het bed klopte, zette ze zich naast hem neer.

Hij glimlachte toen hij zachtjes zijn ogen opende. Zoals altijd werd ze getroffen door zijn schoonheid. Zijn gelaatstrekken waren zo perfect, zo zuiver en mooi, de lijn van zijn jukbeen uitgesproken, zijn lippen vol en zacht, zijn neus hoekig en perfect. Hij knipperde met zijn lange wimpers en reikte zachtjes naar haar en streelde met een hand door haar haren.

“We hebben nauwelijks de kans gehad om te praten,” zei hij.

“Ik weet het,” glimlachte ze terug.

“Ik wil dat je weet hoeveel ik van je hou,” zei hij.

Caitlin glimlachte. “Ik hou ook van je.”

“En dat ik niet kan wachten om met jou getrouwd te zijn.” voegde ze eraan toe terwijl zijn glimlach breder werd.

Hij zat recht en kuste haar en ze bleven elkaar een lange tijd kussen onder het licht van de toortsen.

Caitlin voelde haar hart warm worden. Dat was exact wat ze wou horen. Het was griezelig hoe hij altijd haar gedachten kon lezen.

“Nu dat we hier zijn, wil ik met je trouwen. Voor we verder gaan met onze zoektocht. Hier, op deze plaats.” Hij bekeek haar. “Wat denk je ervan?”

Ze keek terug, haar hart pompend, gevuld met tegenstrijdige gevoelens. Het was net wat ze ook wou. Maar ze was ook bang. Ze was niet zeker hoe te reageren.

Uiteindelijk stond ze op.

“Waar ga je naartoe?” vroeg hij.

“Ik ben zo terug,” zei ze. “Ik moet juist mijn hoofd eventjes leegmaken.”

Ze kuste hem nog een laatste keer en draaide zich om en verliet de kamer, de deur zachtjes sluitend achter haar. Ze wist dat ze in zijn armen zou eindigen in het bed indien ze bleef. Maar ze moest echt eerst haar gedachten verzamelen. Niet dat ze maar enigszins aan hem twijfelde. Of aan hun huwelijk. Of aan hun trouwfeest. Maar ze voelde zich nog steeds verdeeld of ze daarbuiten moest zijn om haar missie te vervolgen. Was het egoïstisch om het trouwfeest prioriteit te geven?

Terwijl Caitlin door de lege stenen gang stapte, haar voetstappen echoënd, zag ze een trap naar boven leiden en zag ze natuurlijk licht naar beneden stromen. Het dak van het kasteel was de geschikte plaats om naar toe te gaan voor een beetje privacy en verse lucht.

Caitlin haastte zich de trappen omhoog naar de schemering. Het was daarboven kouder dan ze had gedacht door een sterk aanwakkerende oktober wind. Ze trok haar pels dicht over haar schouders en was dankbaar voor de warmte.

Terwijl ze langzaam over de versterkingen wandelende, keek Caitlin uit over het landschap in het weinige licht dat nog restte. Het was adembenemend mooi. Langs de ene kant prijkte het kasteel naast een groot meer dat bedekt was met mist. Aan de andere kant spreidden zich bomen, heuvels en valleien uit. De plek was magisch.

Caitlin wandelde naar de rand van de versterkingen en nam het landschap in haar op toen ze plots iemands aanwezigheid voelde. Ze begreep niet hoe dit mogelijk was omdat het dak volledig leeg was geweest. Ze draaide zich langzaam om, niet zeker wat ze kon verwachten.

Ze kon het niet geloven.

Aan de andere kant stond een eenzame figuur met zijn rug naar haar en keek uit over het meer. De rillingen liepen over haar rug. Het was voor haar niet nodig om zijn lange vloeiende gewaden, zijn lang zilveren haar of de staf aan zijn zijde te zien om te weten wie het was.

Aiden.

Is dit echt? vroeg ze zich af. Of was het enkel een illusie in de schemering?

Ze stak langzaam naar hem stappend het dak over en stopte een paar meter voor hem. Hij stond daar doodstil, zonder zich om te draaien met zijn haren los in de wind. Voor een moment vroeg ze zich af of hij echt was. Maar dan klonk zijn stem.

“Je bent van ver gekomen,” zei hij, nog steeds met zijn rug naar haar.

Langzaam draaide hij zich om en keek haar aan. Zijn ogen waren zelfs in het gedempte licht groot en helderblauw en leken dwars door haar heen te kijken. Zoals gewoonlijk was zijn gezicht uitdrukkingsloos en intens.

Caitlin was verheugd om hem te zien. Er brandden zoveel vragen op haar lippen, en zoals gewoonlijk, leek hij te verschijnen op het moment dat ze zijn leiding het meest nodig had.

“Ik wist niet of ik je ooit zou weerzien.” zei ze.

“Jij zult me altijd zien,” zei hij. “Soms in persoon, soms anders,” antwoordde hij cryptisch.

Een stilte bleef tussen hen hangen terwijl ze haar gedachten verzamelde.

“Er rest slechts een sleutel,” hoorde ze zichzelf zeggen. “Betekent dat ik mijn vader weldra zal zien?”

Hij bestudeerde haar en keek langzaam weg.

Tenslotte zei hij, “Dat hangt van je daden af, niet?”

Zijn gewoonte om altijd een vraag te beantwoorden met een andere vraag maakte haar altijd gek. Ze moest opnieuw proberen.

“De nieuwe aanwijzing,” zei ze. “Het papier. Het gescheurde blad. Ik weet niet waar dit toe leidt. Ik weet ook niet naar wat ik moet zoeken. Of waar.”

Aiden staarde naar de horizon.

“Soms zoeken aanwijzingen voor je,” antwoordde hij. “Je weet dat nu. Soms moet je wachten op dingen die worden opgehelderd.”

Caitlin dacht hierover na. Vertelde hij haar om niets te doen?

“Is er dan... niets dat ik doen?” vroeg ze.

“Er is veel voor je te doen,” antwoordde Aiden.

Hij keek haar aan en langzaa en voor het eerst sinds Caitlin het zich kon herinneren, verscheen een glimlach op zijn gezicht. “Je hebt trouwplannen.”

Caitlin voelde zich glimlachen.

“Ik wou het. Maar ik was bang dat het frivool was,” zei ze. “Dat ik het moest uitstellen en dat ik eerst verder moest zoeken.”

Aiden schudde langzaam het hoofd.

“Een huwelijk onder vampiers is niet lichtzinnig. Het is een heilig gebeuren. Het is het samensmelten van twee vampierzielen. Het geeft extra kracht aan elk van jullie en extra kracht aan onze hele coven. En het zal je evolutie en je talenten alleen maar verdiepen. Ik ben fier op je. Je bent enorm gegroeid. Maar je als naar het volgende niveau wilt evolueren heb je dit nodig. Elke samensmelting brengt zijn eigen kracht. Zowel voor het koppel als voor het individu.”

Caitlin voelde zich opgelucht en verheugd, maar ook zenuwachtig.

“Maar ik weet niet hoe ik dit soort huwelijk moet plannen. Ik zou zelfs nauwelijks weten hoe ik een mensen huwelijk moet plannen.”

Aiden glimlachte. “Je hebt veel vrienden die je zullen helpen. En ik zal de ceremonie leiden.” Hij glimlachte. “Tenslotte ben ik nog steeds een priester.”

Caitlin glimlachte breed bij de gedachte daaraan.

“Zo, wat doe ik nu?” vroeg Caitlin, verheugd en zenuwachtig omdat ze niet wist waar te beginnen.

Hij glimlachte.

“Ga naar Caleb. En zeg ja. Laat de liefde zorgen voor de rest.”




HOOFDSTUK ACHT


Kyle trok vol haat trok door de moerassen van Zuid-Schotland. Met elke stap die hij zette, raasde hij bij de gedachte aan Caitlin die hem steeds ontsnapte, tijd na tijd, plaats na plaats. Hij dacht na over manieren om haar te vangen en te doden en om zich te wreken.

Hij had reeds bijna elke methode uitgeprobeerd waaraan hij kon denken en ze leek altijd door zijn vingers te glippen. Hij slaagde erin een heel klein beetje wraak te nemen door het vergiftigen van haar familie en de gedachte daaraan deed hem glimlachen.

Maar het was onvoldoende. Dit was reeds veel te lang aan de gang en de laatste keer dat ze elkaar hadden ontmoet, moest hij toegeven dat ze hem overklast had. Hij was geschrokken door haar kracht en haar gevechtskunsten. Ze had hem overmeesterd. Het was erger dan hij ooit had verwacht.

Een deel van hem had dit gevreesd en dat was de reden waarom hij zo hard had geprobeerd om haar te vergiftigen om een directe confrontatie te vermijden. Maar ook dat had averechts gewerkt. Hij had per ongeluk Caleb vergiftigd en hoewel hij zeker was dat het vergif Caleb had gedood, had hij niet de mogelijkheid gehad om bevestiging daarvan te krijgen omdat hij was moeten vluchten in de nacht.

Dit was de laatste eeuw en de laatste plaats waar dit nog zou gebeuren, zwoor hij tot zichzelf, de laatste eeuw waar hij haar nog zou achtervolgen. Of hij zou haar echt doden of hij zou sterven al proberende. Er was geen mogelijk tot terugtrekking of overgave. Geen andere eeuwen of plaatsen meer. Dit zou zijn laatste slag zijn. Hier, in Schotland.

En voor deze laatste slag had hij een geniale strategie uitgekiend, de geniaalste van allemaal. Het vampiergif leek indertijd een goed idee maar nu hij erop terugkeek, was het te riskant; het liet te veel ruimte voor toeval. Zijn nieuw ideed konaarentegen onmogelijk falen.

Terwijl hij met dit plan op de proppen kwam, had Kyle teruggedacht aan al die momenten en plaatsen waar hij Caitlin in de hoek had gedreven en probeerde hij zich te herinneren wanneer hij er het dichtst bij was geweest om haar te doden. Hij besloot dat het in New York was toen hij haar broer Sam gevangen had genomen en hem onder zijn controle hield en zijn gedaanteverwisselingen gebruikte om Caitlin om de tuin te leiden. Dat had bijna gewerkt.





Конец ознакомительного фрагмента. Получить полную версию книги.


Текст предоставлен ООО «ЛитРес».

Прочитайте эту книгу целиком, купив полную легальную версию (https://www.litres.ru/pages/biblio_book/?art=43694695) на ЛитРес.

Безопасно оплатить книгу можно банковской картой Visa, MasterCard, Maestro, со счета мобильного телефона, с платежного терминала, в салоне МТС или Связной, через PayPal, WebMoney, Яндекс.Деньги, QIWI Кошелек, бонусными картами или другим удобным Вам способом.



In GEZWOREN (Boek #7 van de Vampierverslagen), bevinden Caitlin en Caleb zich in 1350 in het middeleeuwse Schotland, een tijd van ridders en schitterende wapenuitrustingen, van kastelen en krijgers, van de zoektocht naar de Heilige Graal waarvan gezegd wordt dat hij de sleutel bevat naar de echte onsterfelijkheid van de vampiers. Terwijl ze landen op de kust van het oude Eiland Skye, een afgelegen eiland aan de westkust van Schotland waar alleen de bovenste laag van de elite van de krijgers woont en traint, zijn ze door het dolle heen om Sam en Polly, Scarlet en Ruth, een mensenkoning en zijn krijgers en iedereen van de coven van Aiden terug te zien. Voor ze hun missie kunnen verderzetten naar de vierde en laatste sleutel, is voor Caleb en Caitlin de tijd gekomen om in het huwelijk te treden. In het meest fantastische kader dat Caitlin zich ooit kon wensen, wordt een uitgebreide vampierbruiloft gepland met daarbij inbegrepen, alle oude rituelen en ceremonies die erbij horen. Het is een huwelijk dat eens in een leven plaatsvindt en dat tot in de puntjes gepland werd door Polly en de anderen. Caitlin en Caleb zijn gelukkiger dan ze ooit geweest zijn. Tegelijkertijd worden Sam en Polly, tot hun eigen verrassing, steeds verliefder op elkaar. Terwijl hun relatie steeds verder groeit, verrast Sam Polly met een eigen eed. Polly verrast hem met haar eigen verrassende nieuws. Maar alles gaat niet zo goed als oppervlakkig gezien wel lijkt. Blake is opnieuw terug en zijn diepe liefde voor Caitlin kan, op de dag voor haar trouwdag, misschien wel haar verbintenis in gevaar brengen. Sera is ook terug en zweert dat ze zal kapotmaken wat ze zelf niet kan hebben. Scarlet is ook in gevaar wanneer de bron van haar sterke krachten onthuld wordt – samen met de onthulling van wie haar echte ouders zijn. Het ergst van al is dat Kyle ook terug in de tijd beland is en dat hij zijn oude beschermeling, Rynd, teruggevonden heeft en hem zal dwingen om zijn vaardigheid, de gedaanteverwisseling, te gebruiken om Caitlin en haar volk in de val te lokken en te doden. Wanneer ze in zijn goed uitgewerkte val trappen, verkeren Caitlin en de anderen zich in nog groter gevaar dan ooit. Het wordt een hele race om de laatste sleutel te vinden, vooraleer iedereen waarvan Caitlin houdt voor altijd uitgeroeid is. Deze keer zal ze de moeilijkste keuzes en opofferingen van haar leven moeten maken.

Как скачать книгу - "Gezworen" в fb2, ePub, txt и других форматах?

  1. Нажмите на кнопку "полная версия" справа от обложки книги на версии сайта для ПК или под обложкой на мобюильной версии сайта
    Полная версия книги
  2. Купите книгу на литресе по кнопке со скриншота
    Пример кнопки для покупки книги
    Если книга "Gezworen" доступна в бесплатно то будет вот такая кнопка
    Пример кнопки, если книга бесплатная
  3. Выполните вход в личный кабинет на сайте ЛитРес с вашим логином и паролем.
  4. В правом верхнем углу сайта нажмите «Мои книги» и перейдите в подраздел «Мои».
  5. Нажмите на обложку книги -"Gezworen", чтобы скачать книгу для телефона или на ПК.
    Аудиокнига - «Gezworen»
  6. В разделе «Скачать в виде файла» нажмите на нужный вам формат файла:

    Для чтения на телефоне подойдут следующие форматы (при клике на формат вы можете сразу скачать бесплатно фрагмент книги "Gezworen" для ознакомления):

    • FB2 - Для телефонов, планшетов на Android, электронных книг (кроме Kindle) и других программ
    • EPUB - подходит для устройств на ios (iPhone, iPad, Mac) и большинства приложений для чтения

    Для чтения на компьютере подходят форматы:

    • TXT - можно открыть на любом компьютере в текстовом редакторе
    • RTF - также можно открыть на любом ПК
    • A4 PDF - открывается в программе Adobe Reader

    Другие форматы:

    • MOBI - подходит для электронных книг Kindle и Android-приложений
    • IOS.EPUB - идеально подойдет для iPhone и iPad
    • A6 PDF - оптимизирован и подойдет для смартфонов
    • FB3 - более развитый формат FB2

  7. Сохраните файл на свой компьютер или телефоне.

Книги серии

Книги автора

Аудиокниги автора

Рекомендуем

Последние отзывы
Оставьте отзыв к любой книге и его увидят десятки тысяч людей!
  • константин александрович обрезанов:
    3★
    21.08.2023
  • константин александрович обрезанов:
    3.1★
    11.08.2023
  • Добавить комментарий

    Ваш e-mail не будет опубликован. Обязательные поля помечены *